bezwaren verbondenzij zullen voorshands in ons leger geen
toepassing vinden.
X. DE RADIOSTATIONS VOOR DE GRONDVERBIN-
DINGEN VAN HET KON. NED.-IND. LEGER.
De typen radiostations waarover reeds gedurende eenige jaren
wordt beschikt zijn
a. het lange-afstand-radiostation (golfbereik 30—70 m)
b. het korte-afstand-radiostation (golfbereik 110 t/m 290 m).
Het lange-afstand-radiostation, thans nog gewoonlijk aangeduid
met strategisch radiostation, is geheel zelfstandig, d.w.z. het is
niet afhankelijk van een basis en is daartoe uitgerust met accu-
laadinrichting en voldoende reserve materieel. Het geheel is
uitgevoerd als een tweewielige aanhangwagen, waarin voldoende
werkruimte is voor den toestel-bedienaar. Bij den bouw van dit
type radiostation is van de aanname uitgegaan, dat het uitsluitend
langs verharde wegen zal worden vervoerd en betrekkelijk lang
op dezelfde standplaats zal blijven. Aan de mobiliteit behoeven
dus niet zulke hooge eischen te worden gesteld. Het is alleen
voor telegrafie ingericht en dient voor het overbruggen van
grootere afstanden (boven 50 km)Met deze korte-golf-radio-
staions kunnen alle belangrijke plaatsen op Java onderling
radiotelegrafisch worden verbonden, zij het niet geheel en al
gedurende de volle 24 uren van een etmaal. Bij een optieden
tegen een B.V. zullen zij worden gebruikt voor de verbindingen
tusschen alle hoogere commando s, doch zij zullen dan in beginsel
een vervangende taak hebben.
Het korte-afstand-radiostation, veelal aangeduid met „tactisch
radiostation", is uitgevoerd als een kleine tweewielige aanhang
wagen, welke wordt getrokken door een speciale trekauto, waarin
o.a. de acculaadinrichting is aangebracht. Ook dit type station
is geheel zelfstandig. Het wordt hoofdzakelijk gebruikt voor de
verbindingen tusschen de hoogere commando's binnen het
Divisieverband, zooals Div.cdt. Reg.cdtn.
Bovengenoemde twee typen radiostations zijn in de eigen werk
plaatsen gebouwd en hebben tot dusver uitstekend voldaan. Door
den snellen vooruitgang van de radiotechniek zijn deze radio
stations thans echter als verouderd te beschouwen; zij zullen
vermoedelijk binnen enkele jaren door nieuw materieel worden
vervangen.
In de laatste jaren zijn met zelfgebouwde proefmodellen van
draagbare radiostations belangrijke proeven genomen om het
nut van dergelijke radiostations voor ons leger vast te stellen.
Het resultaat hiervan is geweest, dat is besloten tot de invoering
van
1052