Ras CASSA had zijn troepen verzameld tusschen Abbi Addi en den pas van Abaro, welke laatste in handen der Italianen was. Het Italiaansche front strekte zich uit van den pas Warieu over Adi Aha naar den pas van Abaro en was bezet door 2 divisies (28 Ottobre en de 2e Erytreesche divisie) en enkele afzonderlijke Inheemsche en zwarthemden-groepen. BADOGLIO's plan was nu het volgende: Terwijl de troepen in Tembièn Ras CASSA zouden aangrijpen, zou het Ille korps west van Makallé den bovenloop van den Gabat bezetten om Ras MOELOEGHETA te verhinderen met een deel van zijn leger Ras CASSA te hulp te komen. Tegelijkertijd moest een sterke colonne uit Aksoem in de richting van Af Gaga oprukken om Ras IMROE bezig te houden. De aanval in Tembièn was verdeeld in een bindende en demon stratieve actie van de bezetting van den pas Warieu in de rich ting Abbi Addi, gepaard met een concentrisch oprukken uit Adi Aha en Abaro, (waar het gros, de 2e Erytreesche divisie, was opgesteld) tegen de stellingen van Melfa. Den 20sten Januari begon de aanval, op welken dag de hoofd macht op sterken weerstand ten zuiden van Abaro stuitte en langzaam vorderde tot ongeveer halverwege Melfa. Den volgenden morgen werd de opmarsch voortgezet en tegen 9 uur de inmiddels door den vijand ontruimde Monte Lata, noord van Melfa, bereikt, waar tevens de uit Adi Aha gekomen colonne werd ontmoet. Intusschen had de bezetting van Warieu zich te ver naar het zuiden gewaagd en was daarbij leelijk in de knel geraakt door het 'drieste optreden van sterke Abessynische afdeelingen, waar van onderdeelen zelfs tot in de stelling doordrongen. Had nu het gros maar direct na het bereiken van de Monte Lata energiek in westelijke richting doorgestooten (waartoe de bevelvoerende generaal inderdaad opdracht had gegeven)dan zou hierdoor van zelf de druk tegen Warieu verlicht zijn geworden. Doch om onbe kende redenen bleef de hoofdmacht bij Monte Lata talmen en ging een groot deel van den dag ongebruikt voorbij. Toen einde lijk verder werd gegaan was het te laat geworden en had de tegen stander aldaar zich weer zoodanig hersteld, dat hij hardnekkigen weerstand kon bieden. Dit was het einde van den tweeden dag. Ras CASSA was van den pas Abaro teruggedrongen, doch het gevaar dreigde nu, dat hij de Italiaansche hoofdkrachten bij Melfa tegenhoudende den pas Warieu zou veroveren en van daar naar Hausièn zou oprukken. Hoe zulks te voorkomen? Twee wegen stonden daartoe open De eerste en de kortste (in afstand althans) was om met de bij Monte Lata verzamelde krachten in de richting Abbi Addi door te stooten en vandaar den pas Warieu te ontzetten. De tweede oplossing was om het slagveld te ontrui men, alle beschikbare krachten op Abaro te concentreeren en deze vandaar over Adi Aha naar den pas van Warieu te zenden. Laatst- 1080

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1938 | | pagina 63