1100
60 kg, max. dr. 3100 m voor gewone, 1100 m voor mijngranaat, max. vu.snelh.
35 sch./min. met 18 sch./min. als normale vu.snelh.) Vervoerswijze op 1
muildier of gedragen door 3 man.
Vervolgens het 47 mm inf.gs. model 35. (in hoofdzaak pags., gew. 269 kg,
max. dr. pag. 7 km, gewone g. 6,5 km). Getrokken vervoer door een paard
of door een motorvoertuig, dan wel gedragen vervoer door 4 (met schild
5) muildieren.
Tenslotte het 2 cm geschut model 35. (in hoofdzaak tegen ld.doelen,
drievoetaffuit, verstelbaar in radaffuit, gew. in stelhng 308 kg, max. dr.
tegen ld.doelen 2 km, tegen gepantserde gronddoelen 500 m)Vervoer
getrokken door een muildier, dan wel gedragen dcor 5 muildieren eveneens
wordt vervoer per motorvoertuig toegepast.
Tegenover deze toevoegingen staat het verhes van de 6,5 cm inf. kanonnen,
die aan de art. zijn overgedragen. De 6,5 mm mitm. der inf. zijn grootendeels
vervangen door 8 mm mitm.
v. S.
Artillerie.
Organisatie.
R. d'Art. 7 geeft een uittreksel van een in Military and Naval Digest
verschenen artikel, getiteld Three guns. S., mj. Kennedy, gaat uit van
de juiste stelling, dat richt- en schietmethoden eenvoudig en nauwkeurig
moeten zijn. Te velde, zoo vervolgt hij, zullen de vuren in hoofdzaak bestaan
uit al of niet waargenomen vuurconcentraties, welke worden afgegeven op
strooken, waarvan het middelpunt wordt aangeduidbij vuuroverbrenging
rekent men van middelpunt tot middelpunt. Daar de verdeeling der
richtlijnen der bijn. op de haar aangewezen strooken bij een 3-stun.bij.
eenvoudiger zal zijn dan bij een 4-stun.bij. geeft S. de voorkeur aan
eerstgenoemde. Het geconstateerde feit is op zichzelf juist, doch de bereikte
vereenvoudiging in de vuurleiding is b.v. bij onze commandotechniek wel zoo
gering, dat n.o.m. hierin geen voldoende motiveering is te vinden voor de
3-stun. organisatie. Als verder voordeel noemt S. de grootere stl.mogelijkheid,
als nadeel de geringere vuurkracht. Hieraan zou evenwel kunnen worden
tegemoet gekomen door grootere centralisatie en de afd. a 3 sien. van 3
vuurmonden te beschouwen als vuureenheid.
Materieel.
D.W. 30 en M.W. 4 ontleenen aan een in de F.M. van 30-6 door gnl.
Culmann gepubliceerd artikel de volgende gegevens omtrent den Fr. It. hw.
Deze vuurmond, aangeduid als 105 C. Mod. 1935 B, bezit een spreidaffuit
en is voorzien van een schild. Het schootsveld bedraagt vert. 6° tot
50° (bij gesloten affuit max. 12°), hor. 58°. Gew. in stl. 1627 kg (gew.
vermeerdering door toepassing spreidaffuit 150 kg). Proj. gew. 15,5 kg. Alleen
gn., te verschieten met tijd- of schokbuisde laatste stelbaar op S.W.,
Z.V. of M.V. kardoesladingen V„ bij lading 0 442 m/sec., bij lading 7
159 m/sec. (hieruit zou volgen, dat er 8 ladingen zijn volgens het artikel
is dit aantal 7). De schootstafel wordt voorloopig geheim gehouden; gnl.
Culmann neemt een max. dracht aan van 11 a 12 km en een max. vuur-
snelheid van 6 schn./mt. De hw. is geschikt voor pd. tractie (6 pdn.) en
voor motortransport (luchtbanden dan wel op een transportwagen) in het
laatste geval bedraagt de snelheid langs den weg gem. 20 km/u., hetgeen
voldoende wordt geacht voor indeeling bij gemot, eenheden en bij de
leger-art. res.
Daar de springlading van het proj. ruim 2 X die bedraagt van het proj.
van 7,5 vd. (proj. gew. 6 kg, gew. springlading 0,6 kg) is de hw. geschikt
voor vernieling van vluchtige dekkingen heeft de vij. slechts één nacht