1. H.N. A. SWART Luitenant-Generaal der Infanterie b.d. 1863 12 October 1938. HENRI, NICOLAS, ALFRED, SWART werd den 12en October 1863 geboren en heeft dus thans zijn 75sten verjaardag mogen gedenken. Een herdenkingsdag als deze is zeer zeker waard naar voren gebracht te worden voor den grooten kring van oud- en nog in dienst zijnde militairen van het Koninklijk Nederlandsch- Indisch Leger, van welk Leger Generaal Swart gedurende bijna 32 jaar op zoo roemvolle wijze heeft deel uitgemaakt. Generaal Swart toch, de uiteindelijke Pacificator van het gedurende een ontstellend lange reeks van jaren groote zorgen gebaard hebbende gewest ginds in het noorden van Sumatra, behoort ontegenzeggelijk tot de grootste figuren, die de geschie denis van Atjeh heeft gekend. Op 17-jarigen leeftijd nam Swart dienst bij het 8ste Regiment Infanterie in Nederland en werd op 21 November 1886 benoemd tot Tweede-Luitenant der Infanterie van het Kon. Ned.-Leger. Al spoedig na zijn aankomst hier te lande naar Atjeh vertrokken, waar hij in 1890 voor de eerste maal gewond werd, wist hij zich zoodanig te onderscheiden, dat hem bij Kon. Besl. van 30 Augus tus 1891 Nr. 2 het Ridderkruis 4e klasse van de Militaire Willems orde werd toegekend voor krijgsverrichtingen in het Gewest Atjeh gedurende het jaar 1890. Gedurende eenige Java-jaren volgden bevordering tot Eerste- Luitenant in 1892 en tot Kapitein in 1898. Daarna weder naar Atjeh teruggekeerd, werd kapitein Swart tot twee maal toe gewond. In 1900 behaagde het H. M. de Koningin om bij Haar Besluit van 13 Juli Nr. 29 kapitein Swart te bevorderen tot Ridder 3e klasse van de Militaire Willemsorde terzake van zijn gedrag bij de krijgsverrichtingen in Atjeh gedurende het tijdperk 1 Juni 31 December 1899. In 1901 teruggekeerd van een jaar buitenlandsch verlof en weder in Atjeh ingedeeld, werd kapitein Swart in Februari 1902 geplaatst bij het Korps Maréchaussee en tevens belast met het civiel bestuur over de XXV Moekims (Groot Atjeh), om later te worden benoemd tot civiel gezaghebber van Poeloe Raja. Op 24 October 1903, dus na 17 jaar dienst als officier, volgde buitengewone bevordering tot Majoor wegens uitstekende daden 1021

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1938 | | pagina 2