1218 C. Verbandakten. Artikel 4. (1)Voor het sluiten van een kort-verband verbintenis gelden dezelfde bepalingen als voor het sluiten van een gewone verbintenis, m.d.v. dat wordt gebruik gemaakt van verbandakten, volgens het in bijlage 1aangegeven model. (2). Voorts zullen de officieren van werving boven de overigens voorgeschreven mededeelingen betrokkenen vóór het aangaan van een verbintenis nadrukkelijk in de landstaal doen mededeelen, dat indien zij gehuwd zijn dan wel kinderen te hunnen laste hebben, hun echtgenooten of kinderen niet in de militaire kampementen zul len worden gehuisvest en zij niet in het genot van voeding of eeniger- lei vergoeding voor hun gezinnen zullen worden gesteld. (3). Aan de kaderaspiranten wordt medegedeeld, dat geen andere huwelijksvoordeelen zullen worden genoten dan die vermeld in artikel 8 lid (3) hierna en in artikel 5 lid (2) van de „Regeling betreffende een kort-dienstverband (kort-verband) voor niet-Europeanen". Voorts worden zij uitdrukkelijk gewezen op de bepaling in de verbandakte betreffende ontslag, wanneer mocht blijken, dat zij ongeschikt zouden zijn om voor een rang te worden opgeleid, en dat derhalve de aan neming als kaderaspirant niet de belofte inhoudt, dat inderdaad een rang zal worden bereikt. Artikel 5. De nieuw aangenomen kort-verband-militairen worden aan hun toekomstig korps overgegeven, waarbij zij zoo spoedig mogelijk worden gekleed. Artikel 6. (1). De verbandakten worden door de betrokken plaatselijk (mili taire) commandanten geteekend en rechtstreeks bij staat model nr. 68 in tweevoud opgezonden aan het kantoor van het algemeen stamboek bij het Departement van Oorlog. (2). Nadat bij het Departement van Oorlog op de verbandakten en den staat model nr. 68 een beschikking is gesteld, ook v.w.b. de indeeling, wordt de staat model nr. 68 aan den betrokken plaatselijk (militairen) commandant gezonden, terwijl één exemplaar der ver bandakte aan den commandant van het korps, waarbij betrokkene is ingedeeld, wordt toegezonden. (3). Bij het korps wordt de verbandakte bij 'smans korpsbeschei den gevoegd. D. Handgeld en toelage. Artikel 7. (1). Het bedrag van het handgeld voor het aangaan van een kort-verband is per jaar van den eersten actieven diensttijd gelijk aan het bedrag geldende voor gewone verbintenissen van militairen van hun landaard, m.d.v. dat bij het aangaan van een kort-verband met een eersten actieven diensttijd voor één jaar een handgeld van 12.wordt genoten, hetwelk bij verlenging van den eersten actieven diensttijd tot twee of drie jaren wordt aangevuld tot het bedrag van het voor genoemde diensttijden geldende handgeld. J) Niet opgenomen in het I.M.T. Red.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1938 | | pagina 102