brigades infanterie werden bestemd. De algemeen erkende, door
jarenlange practijk gevestigde grondregel, dat voor gezagsvesti-
ging en pacificatie het leger het geëigende middel is, is in Nieuw-
Guinea vrijwel geheel en al verlaten. Slechts te Manokwari,
Ajoemaroe, Mappi en Tanah-Merah wordt de pacificatiearbeid
(uit laatstgenoemde plaats gepaard gaande met bewaking van het
interneeringskamp) door het leger verricht. Elders heeft men
over het algemeen kleine veldpolitiedetachementen.
De omstandigheid, dat het uit een militair oogpunt (handhaving
van orde, tucht, geoefendheid) onaanvaardbaar is de militaire
macht blijvend in kleine detachementen te legeren, is aan
de keuze van de veldpolitie, die bovendien niet zoo sterk als
het leger is geëncadreerd, niet vreemd geweest. Dat ook de
bestuursambtenaren, zoolang de veiligheid het gedoogt, over het
algemeen de voorkeur hechten aan veldpolitie is niet te verwon
deren, als men bedenkt, dat zij daarover de volledige beschikking
hebben, hetgeen met de militairen niet in die mate het geval is.
Dat de politie zich in het algemeen in kleinere afdeelingen splitst,
normaal slechts getweeën optreedt, doet voor Nieuw-Guinea niet
terzake de sterkte der afdeelingen, waarmede men daar in het
binnenland trekt kan en mag voor de politie niet geringer zijn
dan voor de militairen. Zulks is naar wij meenen dan ook niet
het geval. Voor zoover de taak der machtsmiddelen niet uitgaat
boven directe bescherming van de bestuursposten tegen aanran
dingen van binnen uit, het verrichten van wachtdiensten en het
begeleiden van bestuursambtenaren op reizen van beperkten duur
in gepacificeerd gebied, is deze zeer wel aan de veldpolitie toe
te vertrouwen al wat daar boven wordt geëischt behoort aan
het leger te worden overgelaten, wil men niet in zijn verwach
tingen worden teleurgesteld.
De hoogere financieele lasten, welke het leger vergeleken bij
de veldpolitie medebrengt, zijn geen gevolg van de andere dienst-
voorwaarden, maar vinden voornamelijk hun oorzaak in de rui
mere indeeling van kader en officieren en in het feit dat men
voor de samenstelling van een afzonderlijk detachement aan een
grootere minimumsterkte is gebonden. Een militair detachement
kleiner dan 3 brigades is over het algemeen niet raadzaam, terwijl
de veldpolitie detachementen van 10 karabijnen kent. Hierbij dient
echter in aanmerking te worden genomen, dat de invloedssfeer
van een detachement zich verder kan uitstrekken naarmate hei
grooter is. Wanneer we dus hierna een berekening geven van
de o.i. gewenschte militaire bezetting van Nieuw-Guinea, zal deze
zeker meer kosten medebrengen dan thans voor de machtsmidde
len aldaar wordt uitgegeven, maar de beheersching van het gewest
zal dan ook intensiever zijn en de pacificatie-arbeid zal zich over
een grooter gebied kunnen uitstrekken, factoren, welke toch wel
mogen meetellen.
1139