dustrieelen allen, en de middenstand grootendeels, uit het bezette gebied verdwenen zijn. Wil, omdat het overgroote deel der bevol king thans de Japanners haat en tenminste voorloopig, zoo al niet een passieven weerstand zal bieden, dan toch weinig neiging zal toonen tot medewerking aan ondernemingen, welke toch stellig in de eerste plaats voordeel voor de Japanners zullen beoogen. Een vraag is nog, wat op den duur de guerilla-troepen zullen kunnen volbrengen. Het zal moeilijk zijn in deze troepen, die uiteraard geheel op de bevolking moeten leven, en als regel in kleinere afdeelingen zelfstandig optreden, de discipline te hand haven en te voorkomen, dat zij ontaarden in rooverbenden. De Centrale regeering doet echter al het mogelijke om de operatiën der honderdduizenden guerilla's in goede banen te leiden, en ze te organiseeren onder de leiding van vertrouwde officieren. Dit is het Chineesche aspect na den val van de WuHan-steden en CanTon. Voor de Westerlingen beteekent deze val, dat dat deel van China, waar 99 van hun belangen liggen, thans aan de administratie der Nationale regeering onttrokken is. Voor hen is de oorlog daarmede feitelijk beslist, want het schijnt in hooge mate onwaarschijnlijk, om niet te zeggen ondenkbaar, dat het den Chineezen zou gelukken de Japanners uit dat gebied te ver drijven, en dus heeft de facto de Chineesche regeering daar plaats gemaakt voor eene Japansche. Voor hen is het verder onverschillig of de Japanners al dan niet voortgaan de legers van generaal ChiangKaiShih te bestrijden de oorlog wordt van nu af gevoerd in een gebied, dat buiten hun belangensfeer ligt (met uitzon dering dan van YünNan, waar vrijwel alleen de Franschen belangen hebben). Hoe lang de Chineesche legers er verder in zullen slagen het millioen gemobiliseerde Japansche soldaten bezig te houden ten westen van de lijn CanTonHanKowPeKing, en de Chineesche guerilla's ten oosten van die lijn, is een kwestie welke alleen beteekenis heeft voor zoover deze actie de door de Chineesche regeering gehoopte financieele en economi sche inzinking van Japan ten gevolge zou kunnen hebben. De snelle val van CanTon heeft de wereld in hooge mate ver rast. Men had na alles wat men over de militaire hoedanigheden van de bevolking van KwangTung en over de militaire voorberei ding dier rijke provincie tegen de Japansche aggressie had vernomen, daar een weerstand verwacht, tenminste gelijk aan die der Chineesche legers in Midden-China. Niets daarvan de Japanners bezetten 10 dagen na de landing in de Biasbaai de stad CanTon. De verklaringen, welke daarvan gegeven zijn, zijn vele Sommigen, de die-hards, verkondigen, dat de zuidelijke gene raals „natuurlijk" omgekocht zijn. Anderen, die iets minder bevooroordeeld zijn, vermoeden, dat van wege de oude animositeit tusschen de Centrale regeering en de beide Kwang-provinciën, generaal ChiangKaiShih opzettelijk het zuiden van troepen zou 1173

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1938 | | pagina 57