eigenen, te doen bewaken dan wel voor onmiddellijke vernieling
te doen voorbereiden. Zoo lijkt het ons noodig, om in de omgeving
van een landingsterrein, dat voor eigen gebruik intact moet
worden gehouden, luchtdoelgeschut c.q. mitrailleurs op te stellen.
Voorts zullen op verschillende punten achter onze verdedigende
stelling z.g. „alarmtroepen" gereed moeten worden gehouden om
onmiddellijk na alarmeering naar het bedreigde punt te worden
gedirigeerd.
Hoofdzaak blijft, dat wij niet worden verrasteen goede lucht
wachtdienst zal het mogelijk moeten maken, dat een eventueele
landing uit de lucht tijdig ter kennis van den A.B. wordt gebracht,
opdat deze de noodige maatregelen zal kunnen treffen.
Vragen we ons thans af, of ook voor ons het gebruik van
valschermtroepen zijn nut kan hebben, dan moeten we op deze
vraag bevestigend antwoorden. Is het een vijand gelukt vasten
voet aan wal te krijgen en heeft deze den opmarsch van zijn
basis naar het beoogde doel aangevangen, zoo zullen wij van
onze zijde met succes enkele speciaal uitgeruste patrouilles val
schermspringers op 's vijands verbindingslijnen kunnen doen
ageeren, met opdracht belangrijke objecten te vernielen, b.v.
bruggen, spoorlijnen, irrigatie-leidingen, e.d.
Mochten wij in tijd van oorlog over valschermtroepen beschik
ken, dan zal als grondbeginsel voor hun gebruik dienen te gelden,
dat genoemde troepen, waarvan de aanvulling in oorlogstijd,
zoowel op personeel- als op materieelgebied zeer groote moeilijk
heden oplevert, alleen daar ingezet mogen worden, waar een
nuttig rendement dier troepen verzekerd is en het gestelde doel
niet op andere wijzen kan worden bereikt.
Improvisatie van de opleiding van de daartoe benoodigde
valschermspringers in tijd van oorlog moet uitgesloten worden
geacht. Reeds in vredestijd zou deze moeten geschieden om die
eigenschappen, welke een springer moet bezitten, te ontwikkelen.
Slechts veelvuldig oefenen zal het aantal ongelukken, dat zich
steeds bij ongeoefenden voordoet, tot een minimum kunnen
reduceeren. De snelheid bij het dalen bedraagt 7 m per sec.
de stoot bij de landing is tamelijk hard, de eigenlijke factor van
het gevaar doet zich hier voor. Een kleine onachtzaamheid is
voldoende om een kwetsuur op te loopen. In de techniek van het
parachutespringen is men reeds zoover gevorderd, dat op voor
noemd oogenblik geen gevaar voor het leven meer bestaat.
Wanneer zich desondanks tusschen de zeer vele gelukkige lan
dingen hier en daar eens een ernstig ongeval voordoet, dan is
dat zoo goed als steeds aan lichtzinnigheid te wijten.
Voor ons thans door de moderniseering met arbeid overstelpt
leger, zal een opleiding van personeel tot valschermspringer weer
een extra belasting vormen. O.i. kan deze echter als volgt tot
geringe afmetingen worden teruggebracht
29