Goethe's levensphilosofie, toegepast op militaire verhoudingen beteekent Het levensdoel van den militair is gericht op het bereiken van een hoogeren rang. En wat gaat nu hand aan hand met den hoogeren rang Antwoordmeer persoonlijke verantwoording. De soldaat is ten slotte verantwoordelijk voor zijn eigen handelingen, de onder officier bovendien voor die van zijn ondergeschikten. Hij moet zij het in bescheiden stijl leiding geven. En elk leider moet beschikken over een zekere macht. Het al dan niet juist aanwenden van zijn macht, is een criterium voor den goeden c.q. minder goeden leider. Hieruit volgt, dat de persoonlijkheid van den onderofficier zich weliswaar logisch ont wikkelt uit den beteren soldaat, maar daarom nog niet met dezen op één lijn mag worden gesteld. We kunnen ons voorstellen, dat een individuum een zeer goed soldaat kan zijnen een zeer slecht onderofficier. Wanneer hij bijv., gelijk elk sanguinicus, de neiging heeft om alles snel zeit te doen, dan is dit qua soldaat een zeer gunstige eigenschap, maar qua onderofficier een tekortkoming. Waarom? Omdat hij zijn macht niet op de goede manier gebruikt. Een andere mogelijkheid is, dat het machtsgebruik doel-op-zich- zelf wordt. We vinden dit merkwaardig genoeg vaak bij menschen, die naast sterk egoïstische neigingen bovendien behept zijn met een gevoel van minderwaardigheid. We kunnen hier spreken van overcompensatie, op de wijze zooals we dit begrip m de genees kunde kennen. De medicus spuit typhus-vaccm m, met het doei het lichaam van zijn patiënt door overcompensatie, een overmaat van stoffen te laten vormen, welke hem beschermen tegen de typhus- bacillen, indien deze onverhoopt het lichaam binnendringen. En zoo kan het gebeuren, dat de ondergrond van een machtsmisbruik gelegen is in een tragisch gevoel van onmacht. En wat kan slechts het machtsgebruik in de juiste banen leiden Antwoord Gezond verstand. Het gezond verstand stelt ons in staat onze levenshouding te regelen naar de uitwendige omstandigheden en behoedt ons, bet slachtoffer te worden van te subjectief gekleurde neigingen. En nu weten we, dat juist bij het phlegmatische type het gezonde verstand een van de meest markante eigenschappen is. Zeer begrijpelijk Immers op het gebeuren om ons heen geeft de activiteiteen practischen blik. de niet-emotionaliteiteen nuchteren blik. de secondaire functieeen objectieven blik. En juist deze temperamentsconstellatie vinden we terug bij het type, hetwelk het beste past bij den onderofficier. De goede soldaat heeft een door opvoeding verkregen specifieke militaire secondaire 154

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1939 | | pagina 70