UIT DEN VOLKSRAAD.
Bij den Volksraad werd ingediend een aanvullende begrooting
voor 1939 voor het leger (ond. 126 Afd. VIII stukken 1, 2
en 3) ten bedrage van 29.520.000.
Aan de Memorie van Toelichting (stuk 3) ontleenen wij
169
De in deze aanvullende begrooting opgebrachte credieten dienen
voor
a. vervroegde tenuitvoerlegging van voorgenomen maatregelen ter
verdere versterking van het leger
b. versnelde uitvoering van verschillende andere voorzieningen, met
de uitvoering waarvan reeds een aanvang werd gemaakt
c. voortzetting van enkele reeds in uitvoering zijnde maatregelen
d. uitvoering van enkele nader noodig gebleken nieuwe maatregelen.
De onder a genoemde maatregelen omvatten op materieel gebied
le. verdere uitbreiding van de luchtafweermiddelen, o.m. ten behoeve
van het veldleger
2e. versterking van de mobiele artillerie van het veldleger
3e. verdere uitbreiding van de uitrusting van het leger, zoowel op
Java als in de buitengewesten, met automatische en andere
wapenen
4e. verdere uitbreiding van de genie-uitrusting van het veldleger
5e. aanschaffing van de individueele uitrusting voor, alsmede de huis
vesting van het personeel waarmede het leger met het oog op
de hiervoor opgesomde maatregelen zal zijn uit te breiden
en op personeel gebied
vorenbedoelde uitbreiding van de legersterkte het ligt in het voor
nemen, deze uitbreiding zoo spoedig mogelijk te verwezenlijken, in
hoofdzaak door toepassing van een stelsel van kort-dienstverband.
De onder b bedoelde maatregelen zijn uitsluitend van materieelen
aard en beoogen
le. versnelde aanschaffing of aanmaak waar mogelijk onder in
schakeling van de particuliere industrie van goederen ter ver-
vollediging van de uitrusting van bestaande en in oprichting
zijnde legeronderdeelen alsmede ter completeering van oorlogs-
en reservevoorraden
2e. versnelling van eenige voorzieningen op het gebied van luchtbe
scherming, alsmede van kampements- en woningbouw o.a. ten
behoeve van een gedeeltelijke overbrenging van de vliegschool
naar Kalidjati.
De onder C bedoelde maatregelen beoogen op materieel gebied in
hoofdzaak uitbreiding en verbetering van de grondaccommodatie van
de luchtstrijdkrachtenop personeelgebied voorzien zij in enkele
nader noodzakelijk gebleken uitbreidingen van verschillende diensten.
Onder de sub d bedoelde maatregelen valt de aanschaffing van
materieel voor de kustverdedigingde uit deze voorziening voort
vloeiende uitgaven zullen ten deele ten laste van het dienstjaar 1941
kunnen worden gebracht.
Ten slotte is bij deze aanvullende begrooting rekening gehouden
met de overgave van het beheer der algemeene pakhuizen aan den
dienst der staatspoorwegen.
