3. LUCHTBOMBARDEMENT EN OORLOGSRECHT. door M. D. SCHAAFSMA, Kapitein van den Generalen Staf. Wanneer men de vraag stelt, wanneer het luchtbombardement voor het eerst is toegepast, zal het antwoord in het algemeen luiden, dat zulks het geval was tijdens den wereldoorlog. Dikwijls wordt vermeend, dat te dien tijde t.a.v. genoemde oorlogshandeling geenerlei internationaal erkende bepalingen bestonden. Het een noch het ander is geheel juistreeds tijdens den Turksch- Italiaanschen oorlog (1911) voerden de Italianen luchtbombar dementen uit en juist dit feit is de oorzaak geworden, dat men zich in 1914-1918 v.w.b. den luchtoorlog moest behelpen met die bepalingen betreffende den krijg te land en ter zee, welke mede op den luchtoorlog van toepassing waren te achten, hetzij blijkens de tijdens de opstelling gevoerde besprekingen, hetzij volgens de inzichten van de verschillende regeeringen. Het laatste gaf meermalen aanleiding tot verschil van opvatting en dit feit alsmede de ontwikkeling, welke de wereldoorlog aan het luchtwapen gaf, deden de behoefte gevoelen aan opstelling van regels voor den oorlog in de lucht. Zoodanige regels zijn inderdaad opgesteld 1) erkend, bindend, recht zijn zij niet geworden; zelfs de bewering, dat zij mogen worden beschouwd als gewoonterecht gaat te ver, doch niettemin kan niet worden ontkend, dat zij in vele opzichten een leidraad bieden voor het bepalen van de te volgen gedragslijn. Wij zullen hier niet ingaan op de vraag, of zulks in Abessynië is gebeurd en thans in Spanje en China plaats heefteen beantwoording van deze vraag zou ons te ver voeren en is, bij gebrek aan voldoende kennis van de feiten, niet goed mogelijk. Wij volstaan derhalve met er op te wijzen, dat zoowel in Spanje als in China de lucht strijdkrachten volgens officieele verklaringen de ontwerp-regels in acht nemen. Zonder te willen treden in een beoordeeling om- b „Ontwerp-regels betreffende den luchtoorlog", in 1922/23 opgesteld door de Haagsche Internationale „Commissie van Rechtsgeleerden, belast met de studie en het uitbrengen van bericht over de herziening van het oorlogs recht" zie Beo. (Bepalingen uit het Conventioneel Oorlogsrecht, 1938), Aanhangsel, blz. 221 e.v. 219

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1939 | | pagina 25