ramentseigenschappen als het ware gepraedisponeerd is om als leider c.q. heerscher op te treden. Wij gaven eertijds in dit verband de volgende beschouwing activiteit moet de veldheer hebben en zelfs een zeei gioote, want hij moet met beide voeten in de werkelijkheid staan secondaire functie moet hij hebben om in breede complexen te kunnen denken, ten einde zoo min mogelijk afhankelijk te zijn van andermans adviezen. Aan zijn bevel mag niemand kunnen tornen emotionaliteit heeft hij noodig, want juist de emotionaliteit moet aan zijn bevelen het meesleepend cachet geven, dat zijn soldaten tot zelfverloochenend enthusiasme opwekt. Wat het temperament betreft, behoeven we hieraan weinig toe te voegen. Beschouwen we nu dan het karakter. Twee voor het karakter gunstige eigenschappen vinden we bij dit type terug emotionaliteithoogere neigingen secondaire functiehoogere neigingen. De activiteit, als gunstige eigenschap zoowel ten aanzien van het temperament als het karakter, behoeft niet apart tei spiake te komen omdat deze bij alle militairen krachtens ambt aanwezig behoort te zijn. Wat de emotionaliteit aangaat, kunnen we nog opmerken, dat evenals de officier ook de veldheer alle storende invloeden op lichaam en psyche moet onderdrukken d.m.v. zijn karakter. Ook de physieke moed zal gelijk dit bij alle emotioneelen het geval is geschaad worden. Nu speelt dit bij den veldheer niet zoo'n groote rol. Een veldheer, als leider, mag zich nimmer aan momentaan levensgevaar blootstellen. Daarentegen moet hij wel hebben moreelen moed. En hiervoor is de emotionaliteit waarschijnlijk eerder een groot voordeel. Een veldheer bepaalt plaats, tijdstip en wijze van een gewapend treffen. Dit behoeft op zich zelf nog niet anders te zijn dan een nuchtere intellectueele conclusie bijv. bij een manoeuvre. Geheel iets anders wordt het, indien hij bewust de verantwoording op zich neemt tot een gewapend treffen. Hij moet dan de overtuiging hebben mijn bevel is juistDe secondaire functie zal de tot stand- koming van die overtuiging waarschijnlijk eenigszins remmen omdat hierdoor vele motieven en tegen-motieven in het geding komen. De emotionaliteit zal de vorming van de overtuiging- echter versnellen door de dynamische kracht, welke uitgaat van het besef „van mij wordt een bevel verwacht", hetgeen door een verdere emotioneele stimuleering overgaat in de meer subjectieve variant „Van mij wordt een bevel verwacht". 246

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1939 | | pagina 52