259 7. OPMERKINGEN OVER HET A.T.V. I EN II door P. SCHOLTEN, Luitenant-Kolonel der Infanterie. (Vervolg). 1003(1) Niet alleen zal krachtige medewerking van de artillerie in de meeste gevallen noodzakelijk zijn bij het uitvoeren van een tegenaanval, doch ook zullen in de verdediging vechtwagens (A.T.V. I, 74) een waardevolle steun kunnen zijn. 104(2) Hier wordt medegedeeld, dat de plaats van de algemeene reserve zoo danig zal worden gekozen, dat zij uit haar opstelling het geyechtsveld zoowel in en achter als op de vleugels van de hoofdweerstandsstrook kan beheerschen. Hier heeft dus gevechtsveld een beperkter beteekenis dan in 28(1). 108(3) Dit punt dient men, voor wat de artillerie betreft, te lezen ï.v.m. 91 zie voor versterking met alle troependeelen uit de andere groepen 24(2). 1U(3) Tav dit punt valt op te merken, dat hier wordt gesproken van ver kenningspatrouilles, terwijl 110 melding maakt van verkenningsafdeelmgen. 113(1) Thans iets over het teruggaan van de voorposten. „In beginsel bepaalt de A.B. het tijdstip waarop de voorposten op de stellingen zullen terug gaan". Hier had o.i. aan moeten worden toegevoegd, dat de cdt. der voorposten aanwijzingen dient te ontvangen of hij vertragend dan wel in één sprong op de hoofdweerstandsstrook moet teruggaan. Verder dient de cdt. te weten hoe het gebruik der voorposten later in de hoofdweer- standsstrook wordt gedacht en langs welke(n) weg(en) zij moeten terug gaan (zie bijlage I, blz. 142 onder plaats, samenstelling en taak der voor posten) Wanneer moeten de voorposten teruggaan. Als leidraad kan ook hier dienen hetgeen in 192(2), (3) en (4) is bepaald. 120(2) Dikwijls nog hoort men bij oefeningen het woord „zwaartepunt ge bruiken. Dit woord komt in onze voorschriften niet voor. Wij spreken van hoofddruk. Zie o.a. 121(2) en 141(2) 121(2) Hier wordt vermeld, dat tegenover een op beide vleugels aangeleunden vijand de doorbreking de eenige mogelijke aanvalswijze is. Bij de verde diging van een défilé hebben we deze gunstige aanleuning. Doch m 199(1) lezen we dat bij een aanval op een défilé een omvatting of omtrekking, hoe moeilijk en tijdroovend ook, gewoonlijk meer uitzicht op welslagen bieden dan een frontale aanval (doorbreking)

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1939 | | pagina 65