blijven, hetgeen tevens het gebruik van kleine modulatoren
mogelijk maakt, zoodat als regel, zonder overwegende
bezwaren telefonie kan worden toegepast. De voordeelen
hiervan zullen hierna bij de vergelijking van ukg.-apparaten
en electrische seinlampen nog nader in beschouwing worden
genomen.
4. In het terrein is een ukg.-zender door de mogelijke reflecties
van de straling zelden met zekerheid aan te peilen.
5. Het betrekkelijk geringe aantal onderdeelen en de kleine
afmetingen hiervan, maken het mogelijk de apparatuur zeer
compact en licht uit te voeren, zoodat het militaire ideaal
een volkomen draagbare zendontvanginstallatie waarbij de
geheimhouding van de correspondentie is verzekerd en die
door niet technisch personeel is te bedienen kan worden
benaderd (op het vraagstuk van de geheimhouding wordt
verderop nog nader ingegaan).
De voornaamste nadeelen van de ultrakortegolven zijn
1. De sterke demping van de straling door terreinvoorwerpen,
het geringe buigend vermogen, en het menigvuldig optreden
van interferenties van verschillenden aard, waardoor in bos-
schen, steden en heuvelterrein doode zones kunnen ontstaan,
zoodat dus in het Indische terrein een verbinding op grooteren
afstand nooit vooruit kan worden gegarandeerd. Dit nadeel
kan gedeeltelijk worden opgeheven door zenders van groot
vermogen, dan wel hooge zend- en ontvangantennes te
gebruiken, waardoor echter de draagbaarheid van de appa
raten en de geheimhouding van de correspondentie ongunstig
worden beïnvloed.
2. Het afluistergevaar, als de vijand hooge opstellingen voor zijn
ontvangers kiest, waardoor hij onze correspondentie dikwijls
tot op afstanden van e enige tientallen kilometers kan
copiëeren. Dit gevaar is slechts te ontgaan door een scherpe
bundeling van de straling waarvoor echter weer zwaardere
antenneconstructies noodig zijn. Dit bezwaar komt practisch
echter te vervallen, indien zeer kleine golflengten worden
gebruikt. Zoo zal bijv. voor een golf van 2 meter nog slechts
een lichte, in een raam van ongeveer 1 X 1 meter gespannen
antenneconstructie noodig zijn om reeds een duidelijk merk
bare bundeling van de straling te verkrijgen. Echter treedt
bij de zeer korte golven het optisch karakter van de straling,
met alle daaraan verbonden nadeelen, weer sterker op den
voorgrond.
Op grond van de bovenstaande beschouwingen is het o.i. in het
Indische terrein niet verantwoord bij draagbare ukg.-apparaten,
op lange (bedrijfzekere) verbindingen te rekenen. Het toelaatbare
maximum is o.i. voor rondstralers 1 km en voor eenvoudig