374 bezwaarlijk worden opgevoerd, daar boven 20 a 25 km/u net zicht slecht en het vuren onmogelijk wordt. Ov. Canevari trekt hieruit de conclusie Ie char ne peut plus donner de bons résultats en face d'une inf. prévenue ét armée utilement". Beter komt ons de gevolgtrekking van gnl. Dufieux voor welke wij eertijds elders aantroffen: vewn. moeten „en masse en in een zoo breed mogelijk front worden ingezet; zij kunnen niet optreden zonder art.steun en samenwerkende inf., die slechts in staat is het terrein te zuiveren en te bezetten. Bewezen is, dat meer en meer laagvliegende _vlgm ingrijpen m den strijd op den grond, zonder dat de inf. in staat is, zich. hiertegen voldoende -te verdedigenS. acht het dan ook zeer noodzakelijk, dat bij de oefeningen van het mitr.personeel hieraan bijzondere aandacht wordt besteed. Tenslotte vermelden wij nog een belangrijke les, welke een oude waar heid inhoudtde samenwerking tusschen inf. en art. wordt met den dag moeilijker èn noodzakelijker de beste inf. kan geen succes verwachten, als zij niet wordt begeleid en voortdurend wordt ondersteund door een krachtige art., krachtig niet alleen door getalsterkte en kaliber, mats encore par l'abondance de ses approvisionnements et munitions. Buit. kol. Baentsch, oud-leeraar aan de „Kriegsakademie" te Berlijn, behandelt in M.W. Rundschau Juli '38 den inf.strijd bij de doorbreking van een vij. weerstandsstrook Bij den aanval dient een zoo sterk mogelijke vuurkracht, dus vuur wapenen van allerlei aard in de vijandelijke opstelling te worden gebracht eerst dan ontwikkelt men stootkracht volgens S. Het Fr. standpunt dus: „l'attaque c'est le feu qui avance". De batn., welke zijn te beschouwen als vuureenheden, krijgen van den reg.cdt. de aanvalsvakken op deze cdt. wijst hun de geëigende strijdmid delen toe, z.n. deelt hij bij de vóórbatn. inf.geschut in van reserve-eenheden, en doet hen krachtig steunen door art. en vewn., terwijl hij den aanval in de gewenschte richting voortstuwt door het inzetten van reserves. S. acht het werkzaamste vuur verkregen, wanneer vlakbaan- en krombaan- vuurwapenen worden samengekoppeld een zeer sterke krombaanvuur- kracht is onontbeerlijk om het terreinwinnen mogelijk te maken het pag., v.z.v. niet noodig voor pantserbestrijding, moet worden ingezet tegen mitr. nesten. De Duitsche „eenheidsgroep" (mitr.gr. plus gw.gr., samen 13 man sterk) acht S. te onhandig en haar strijdwijze te ingewikkeld. Hij bepleit als kleinste, zelfstandig strijdende, ondeelbare vuureenheid een groep, bestaande uit: gp.cdt. met mitr.pistool (het werkzaamste wapen voor het nabijgevecht) 3 tot 4 man met 1 lichte mitr., munitie en 2 geweren 3 man met pistolen rijkelijk voorzien van granaten. De sie.cdt. zet zijn voorste gpn. tegen hun aanvalsdoelen in, deelt lichte granaatwerpersploegen bij hen in en volgt op korten afstand met zijn reserve-groep (en), om hiermede bij den stormaanval naar voren te ijlen. iDe cie.cdt. wijst zijn sien. de aanvalsrichtingen en zet zijn vuurechelon (mitrn., mrtn., scherpschutters) tegen bepaalde doelen in deze wapenen moeten echter spoedig mee naar voren. Met het inzetten van de res.sie. moet de cie.odt. naar voren snellen om door zijn voorbeeld den aanval naar voren te sleepen. Na het binnendringen ontstaat voor de inf. het gevaarlijkste oogenbiiit, vooral wanneer de vewn. nog niet naar voren kunnen, bijv. door terrein- hindemissen, welke nog niet door de pi. zijn overbrugd of opgeruimd. Een tegenstoot van kleine vij. vewn.eenheden kan de binnengedrongen mf. dan reeds noodlottig worden, aangezien in den regel ook het pag. niet snel genoeg zal hebben kunnen volgen. Wapentechniek. AO Nov./Dec. '38 geeft een uitvoerige beschrijving (gedeeltelijk over genomen in Deutsche Wehr van Jan. '39) van een nieuw half-aut. gw.,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1939 | | pagina 90