330 een zeer gunstigen waarnemingshoek. 's Nachts kan met behulp van infraroode zoeklichten worden waargenomen gelijk overdag. Men ziet uit het bovenstaande dat de militaire toepassingsmo gelijkheden aan het fantastische grenzen, maar waarschijnlijk zal dit ook wel het geval zijn met de financiëele consequenties, het geen te sterker op den voorgrond zal treden naarmate de appa raten voor militaire doeleinden speciaal ontwikkeld moeten worden. Dat dit het geval moet worden geacht is nagenoeg zeker, daar men vooralsnog den indruk krijgt dat, zoowel de buiten- landsche legers, als de wapenfabrikanten op dit gebied de grootste geheimhouding betrachten en voorloopig waarschijnlijk gegevens noch toestellen voor den handel vrij zullen geven. VII. CONCLUSIES. Zeer waarschijnlijk zijn militaire toepassingen h.t.l. mogelijk. De voornaamste hiervan zijn vermoedelijk a. Een draagbaar zendontvangstation met een tweeledige functie, ten eerste verzorging van de interne verbindingen in het bataljon en ten tweede vervanging van de seinlamp. b. Verzorging van de interne verbinding van een afdeeling vechtswagens of pantserauto's. BOEKBESPREKING. „Inleiding tot de studie der tactiek, deel VII". door S. H. Spoor, Kap. der Inf. Kon. N.-I. Leger. (Uitg. K.M.A. nr. 582, Breda). Dit boekwerk behandelt betreffende het tactisch gebruik der wapens, optredende in onderling ver band, de alg. beginselen van het gevecht. Doel van dit studieboek is, zooals S. in een voorwoord aangeeft, een handboek te zijn om naast de bestaande tactische voorschriften te worden geraadpleegd, ten einde aan de in deze voorschriften verwerkte gegevens en methoden meer diepte te geven door deze te plaatsen in het raam van de daaraan ten grondslag liggende algemeene tactische inzichten. S. is hierin o.i. op uitnemende wijze geslaagd. De behandelde stof is op overzichtelijke wijze samengesteld door een alg. indeeling indoel, beginselen, middelen en leiding. Aan elk dezer onderwerpen is een beschouwing gewijd, waarbij telkens is verwezen naar de betrekkelijke tactische voorschriften en naar de terzake handelende literatuur. Bovendien vindt de lezer aan het einde van elk hoofdstuk de noodige verwijzingen naar de belangrijkste bronnen, terwijl aan het slot van het boekwerk eenige krijgsgeschiedkundige voor beelden zijn toegevoegd om enkele onderwerpen nog duidelijker te doen spreken. Hoewel het boekwerk bestemd is voor het onderwijs aan de K.M.A. is de wijze van behandeling van de stof niettemin van dien aard, dat wij het iederen troepenofficier ter bestudeering zouden kunnen aanbevelen als grondslag voor een dieper gaande studie in de tactiek, temeer daar S. zich niet heeft bepaald tot een droge opsomming van beginselen en feiten, doch de stof heeft weten te behandelen in universitairen trant. v. G.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1939 | | pagina 46