dat bij gelegenheid van zijn 40-jarig jubileum was toegekend,
te begiftigen met het teeken der Militaire Willemsorde der 4e
klasse.
Deze decoratie werd met groote plechtigheid op 2 April 1930
door den Commandant van het Leger persoonlijk uitgereikt.
Bij de gedenknaald in het Vredespark (Foto nr. 6).
De drang van particuliere zijde om mede bewondering te toonen
voor de verrichtingen van dit Korps, dat zijn beste krachten
gaf voor de Nederlandsche zaak, was algemeen; op initiatief van
de Economische Vereeniging te Koetaradja (de tegenwoordige
Handelsvereeniging Atjeh) kwam een Comité tot stand, dat
fondsen bijeenbracht voor een op te richten gedenknaald in het
Vredespark.
Het plan nam wijdere vormen aan men wilde niet slechts een
belangrijk onderdeel van het Leger gedenken, doch het geheele
Kon. Ned.-Ind. Leger dat zulk een gewichtig aandeel in de paci
ficatie van het Gewest Atjeh en Onderhoorigheden had.
Op 2 April 1930 werd de gedenknaald onthuld door den Heer
J. Boon Jz. als vertegenwoordiger van de particulieren in Atjeh.
Aan den voorkant dezer naald zijn aangebracht de woorden
„18901930. Aan het Leger" en aan de drie overige zijden de
woorden„Vrede Orde Welvaart".
Door den Heer A. H. Philips, Gouverneur van Atjeh en Onder-
hoorigheden werd het monument in tegenwoordigheid van het
garnizoen te Koetaradja en van 15 brigades Marechaussee over
dragen aan Z. Exc. Luitenant-Generaal H.A. Cramer, Comman
dant van het Leger en Hoofd van het Departement van Oorlog
in Nederlandsch-Indië, die voor de uitreiking van het eereteeken
der Militaire Willemsorde aan het Vaandel van het Korps
Marechaussee uit Java was overgekomen.
Bij het Centraal-Monmnent op Peutjoet (Foto nr. 7).
De Deli Plantersvereeniging en de Algemeene Vereeniging van
Rubberplanters ter Sumatra's Oostkust (AVROS) hadden bij het
40-jarig Jubileum van het Korps Marechaussee aangekondigd dat
zij een huldeblijk zouden aanbieden in den vorm van een monu
ment op het Kerkhof Peutjoet, opdat het in de toekomst mogelijk
zou zijn de aldaar hun laatste rustplaats gevonden hebbende
militairen te kunnen herdenken door een kranslegging bij dit
monument. De vertegenwoordiger der Delische Planterswereld
voegde hier aan toe dat de genoemde vereenigingen gaarne zouden
zien, dat door de militairen zelf een ontwerp van het monument
zou worden gemaakt. De vervaardiging van het ontwerp werd
dientengevolge toevertrouwd aan den Kapitein der Genie
C. H. de Quant.
395