3. ZIJN WIJ MET DE WIJZE WAAROP WIJ ONZEN
KARABIJNMITRAILLEUR M. 15 IN VREDESTIJD
GEBRUIKEN OP DEN GOEDEN WEG
door
F. KROESE,
Kapitein der Artillerie.
Om deze vraag in haar- geheel te kunnen overzien en het ant
woord scherp te kunnen stellen, moeten wij ons eerst op de hoogte
stellen van de werking van het wapen. Daarbij zal speciaal het
beweegbare gedeelte in beschouwing worden genomen, zijnde dit
en de beweging ervan voor de beantwoording van de gestelde
vraag van het meeste belang.
Het wapen is een terugstootwapen met een z.g. „langen" terug
loop, d.w.z. dat loop met staartstuk en afsluiter bij den terugloop
precies denzelfden weg afleggen, terwijl de lengte van dezen weg
om en nabij 52 mm bedraagt. De lengte van onze scherpe patroon
is 78 mm, dus langer dan de terugloopsweger moet met
den afsluiter dus iets bijzonders gebeuren waardoor dit tekort
aan terugloopsweg wordt gecompenseerd en dit is gevonden door
den afsluiter draaibaar te doen zijn.
De as van den afsluiter staat loodrecht op het verlengde van de
zielas en de zijvlakken van het staartstuk en is in het midden
excentrisch afgedraaidde excentriciteit bedraagt 0,9 mm ten
opzichte van de hartlijnen der asgedeelten, welke in het staartstuk
rusten. Daardoor is het mogelijk dat de afsluiter om deze as
behalve een draaiende, ook een vóór- en achterwaartsche beweging
maakt.
Behalve de slagpin met slagpinveer en slagpinschroef, welke
zich in den afsluiter bevinden, bevat het loopstaartstuk-complex
nog den uitwerper met as, uitwerperstang met veer en as, den
uitwerper-aanslag, de slagwip, het staartstukverlengstuk, het
spanstuk met as en de aan het staartstuk vastgeklonken spanplaat.
Het beweegbare gedeelte van het wapen is ter linker- en
rechteronderzijde van het staartstuk voorzien van richels, welke
kunnen glijden in de daarvoor bestemde sponningen in de kast
van het wapen.
Gaat het beweegbare gedeelte bij den terugstoot rustig en
geleidelijk achteruit
406