andere wapens te land en ter zee wèl mogelijk is. Overigens moet hierbij worden opgemerkt, dat een vijand in onze wateren gekomen, doorloopend rekening moet houden met de mogelijk heid van aanvallen uit de lucht en van het onzichtbare onder zeewapen. Hij zal dus ononderbroken op zijn hoede moesten zijn voor beide gevaren. De uitspraak van den Schr., dat bombardeurs na den aanval bloot staan aan achtervolging, c.q. vernietiging op het vliegveld waar zij neerstrijken, geldt evenzeer voor watervliegtuigen, met het oog of het snelheidsversch.il zelfs in veel sterkere mate Overigens zullen snelheid en actieradius van de vervolgers hier grenzen stellen. Schr. wijst verder op de moeilijkheden van het binnenkomen op een landingsterrein bij zeer zware en lage bewolking, c.q. regen en is van meening, dat een radiobaken daarin niet makkelijk uit komst zal kunnen verschaffen. Daartegen zij opgemerkt, dat in Nederlandsch-Indië dit bezwaar zich, gelet op de vroeger ver melde frappante regelmaat in de uitvoering van den verkeers- vliegdienst, al heel weinig doet gevoelen. Bovendien is de in Indië weinig of niet voorkomende zware mist aanzienlijk hin derlijker dan een regenbuibij de laatste heeft men meestentijds nog voldoende zicht om de landing zonder risico te kunnen uit voeren. Mocht juist op het oogenblik van aankomst bij het lan dingsterrein een uitzonderlijke, ondoorzichtbare tropische regen bui deze zijn slechts kort van duur neerdalen, dan kan de landing even worden uitgesteld. De vliegers behoeven hierdoor niet te worden verrastde groote regelmaat in de seizoenen ver oorlooft met deze mogelijkheid te voren rekening te houden door met voldoende benzinereserve „thuis" te komen. Slechts op zeer weinige punten in den Archipel bestaat in een bepaald deel van het jaar eenige kans op zware, laaghangende bewolking. Daarin is te voorzien door het inrichten van een hulp terrein in de nabij heid. Maar dan is er toch nog geen sprake van „neiging van de grondorganisatie uit te groeien buiten alle proporties" De Schr. vervolgt dan„Het systeem van deze slagluchtmacht van landbommenwerpers staat of valt met een uitgebreid net van vliegvelden en hulpvliegvelden (van Sabang tot Lombok telt men er reeds meer dan 50). Het moeten alle flinke velden zijn met lange startbanen en van uitstekende kwaliteit. Zij eischen een behoorlijke outillageruime voorraden eersterangs vliegtuigbe- drijfsstoffen, bommenvoorraden, laad- en herstelinrichtingen, voedsel en accommodatie, radioinstallatie met radio-tactisch ge oefend personeel, verdedigingsmiddelen, o.a. luchtafweer, en in vele gevallen een radiobaken. Voldoende en bekwaam personeel om de velden in orde te houden en te verdedigen,"enz. 479 b I.M.T. 1938, nr. 6.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1939 | | pagina 27