behoorden te bezitten. Dan dient hier melding gemaakt van de
pogingen om de vleugels uit te slaan boven de andere deelen
van den Archipel. De voornaamste stoot hiertoe werd gegeven
door den Luitenant-Vlieger E. T. Kengen, die in het I.M.T van
1926 een artikel schreef, getiteld „Het arbeidsveld van den mili
tairen luchtvaartdienst". Nadat eerst bij Telok Betong een
landingsterrein was gereed gekomen, gevolgd door een bezoek
daaraan van 12 vliegtuigen, werd een commissie belast met het
onderzoek van de mogelijkheid tot aanleg van een luchtroute over
Sumatra, hetgeen tot den aanleg van verschillende terreinen
(Lahat, Palembang, Pajakoemboeh, e.a.) voerde. Zoo konden in
1927 Lahat en Palembang en bij een volgende vlucht Sumatra's
Westkust (Pajakoemboeh) worden bezocht. Eveneens werden de
landingsterreinen op de kleine Soenda-eilanden, welke reeds in
1919 voor de Australiëvlucht van Ross Smith waren aangelegd,
door eigen legervliegtuigen bezocht bij den eersten tocht naai'
Timor in November 1927.
Als derde voorbeeld diene het besluit om ten behoeve van de
schiet- en bomwerpoefeningen een afzonderlijk, geheel vrij
vliegveld aan te leggen, waartoe een terrein aan de Zuidkust,
Salatri, werd bestemd. Het gereedkomen hiervan was een schrede
voorwaarts voor dit zoo voorname onderdeel van de L.A.-
oefeningen. Ten slotte vormen de wekelijksche postvluchten
tusschen Batavia en Soerabaja van Juli tot November 1927 een
niet te verwaarloozen bijdrage tot het kort daarop tot stand komen
van de burgerluchtvaart.
2 April 1928 trad Luit.-Kol. Hoeksema de Groot voor de tweede
maal als Commandant van de L.A. op. Van dit jaar zij vermeld
de medewerking, welke een 4-tal officier en-vlieger mocht ver-
leenen aan het van Nederland naar Indië overvliegen van de
eerste 4 verkeersvliegtuigen, bestemd voor de K.N.I.L.M. Een
belangrijke gebeurtenis vormt de oprichting van den Vliegme-
dischen Dienst onder leiding van den Off. van Gez. J. Ch. Hubach,
reeds sedert 1923 bij de L.A. geplaatst.
Onder het bewind van Luit.-Kol. J. H. Wesseling, van 19
December 1928—23 Februari 1932, werd op 30 Mei 1929 het
15-jang bestaan van de Luchtvaartafdeeling herdacht en gevierd.
Hetzelfde jaar werd door de L.A. zeer actief deelgenomen aan
de groote legermanoeuvres nabij Cheribon, waarbij waardevolle
ervaringen werden opgedaan; o.m. bleek de noodzaak van een
behoorlijke treinorganisatie bij de vliegtuigafdeelingen. Voorts
werd een bestelling geplaatst voor een serie Curtiss Hawk jacht
vliegtuigen, welke toestellen in 1930 werden ontvangen en gedu
rende 7 jaren zeer goede diensten hebben bewezen. Tenslotte
dateert van dit jaar de ingebruikstelling van het valscherm, waar
van sedert dien medevoering bij elke vlucht verplicht werd
gesteld.
490