commandant en de ingedeelde officier van gezondheid hadden
zich laten evacueeren, zoodat het commando van bovenbedoeld
doorvoer bivak nu bij Luitenant Velsing berustte. Tusschen
Pendeng en de eigenlijke Gajo Loeös hadden de Gajoërs een
stelling ingericht, welke stelling deze infanterie colonne niet wist
te nemen. Luitenant Velsing deed het bedekte verzoek aan den
Overste om zoo mogelijk deze stelling in den rug aan te vallen.
26 Maart. Luitenant Watrin vertrekt met 4 brigades, met als
gids den bovenvermelden dwangarbeider, naar Pendeng met op
dracht in de eerste plaats 10.000 patronen mede te brengende
voorraad bij de colonne was geslonken tot ongeveer 40 per man.
Voorts ging er een groote aanvraag voor verdere munitie, vives,
enz. en post mede Luitenant Velsing kreeg opdracht, na ontvangst
der aangevraagde artikelen uit Koeala Simpang, met zijn geheele
compagnie naar de Gajo Loeös op te rukken.
31 Maart. Luitenant Watrin keert met zijn 4 brigades terug
met bericht, dat de compagnie infanterie uit Pendeng vermoedelijk
op 19 April in Koeta Lintang zou aankomen.
4 April. Verovering van Badaq. Verschoten patronen 4040.
Gesneuveld 5 militairen en gewond 26. Op deze plaats mag wel
licht even het optreden der onderofficieren, ingedeeld bij de
colonne Van Daalen, worden vermeld. Dit waren brigadecomman
danten van den ouden stempel, die hun onderhebbende maré-
chaussée's in alles voorgingen dit bleek wel zeer duidelijk uit
de geleden verliezen. Bij Gemoejang sneuvelde een onderofficier
Luitenant Winter evacueerde met zijn 4 brigade's 3 brigade
commandanten, terwijl bij Badaq wederom een onderofficier
sneuvelde. Na nog geen maand verblijf in de eigenlijke Gajo
Loeös reeds 50 verliezen Hulde aan deze mannen, die ook
hun deel leverden voor het slagen van dezen tocht van 163
dagen.
12 April. Vertrek van Luitenant Ebbink met alle vervoerbare
zieken en gewonden, waarvan te voorzien was dat zij ter plaatse
niet meer konden herstellen, naar Pendeng. Voorts werd de last
verstrekt, dat alleen de gevechtscolonne van Pendeng naar de
Gajo Loeös moest komen. De transportcolonne moest eerst de
gewonden naar Koeala Simpang afvoeren en daarna pas bij de
colonne Van Daalen aansluiten, onder medebrenging van 15.000
patronen en verbandmiddelen.
14 April. Aankomst van 2 brigade's maréchaussee onder Kapi
tein Stolk. Deze aanvulling was zeer welkom, aangezien de
uitruksterkte der colonne op dien datum van 198 karabijnen tot
144 was geslonken.
19 April. Terugkomst Luitenant Ebbink en aankomst van de
gevechtscolonne van Pendeng onder commando van Luitenant
Velsing, sterk 112 bajonetten, waaronder 28 Europeanen. Alle
op 26 Maart bestelde artikelen kwamen in goede orde aan.
605