21 April. Verovering van Tjane Oekon (Reket Goit)Verschoten patronen ongeveer 7000. Gesneuveld 7 militairen. Gewond 5 offi cieren en 37 minderen. Bij deze verovering was het optreden der Pendeng-colonne niet geheel onberispelijk een van de hoofd redenen hiervoor was de onhandige bewapening der garnizoens infanteristen, die met hun lang en zwaar geweer in de zware bamboeversperringen steeds in de knel zaten. In de daarop volgende gevechten werd dan ook deze infanterie steeds als afsluitingslinie gebruikt. Na de verovering van Reket Goit volgde een periode van betrekkelijke rust. Dit wil niet zeggen, dat de troep verder geen werkzaamheden had, integendeel, verschillende patrouilles werden uitgezonden, o.m. naar de nog in te nemen, versterkte kampongs Penosan en Tampeng voor verkenning. De reden van deze periode van rust was tweeërlei. In de eerste plaats was de patronenvoor- raad zoo geslonken dat bij een groote onderneming de voorraad naar alle waarschijnlijkheid geheel uitgeput zou raken. In de tweede plaats waren er zeer vage teekenen, die er op wezen, dat er een mogelijkheid was dat bovengenoemde beide kampongs het verzet zouden opgeven. Uitstel was dus logisch en lag overigens geheel in de lijn, welke tot nu toe door den colonnecommandant werd gevolgd. Voorts werd deze tijd nuttig besteed met het bijeen roepen van de hoofden veel succes had dit evenwel nog niet. Het standhouden der kampongs Penosan en Tampeng zal hieraan wel voor een deel debet geweest zijn. De Gajoër was nog niet geheel van onze overmacht overtuigd. Deze ruim 20 dagen rust waren zeer nuttig om onzen licht gewonden tijd te geven eenigs- zins op hun verhaal te komen. De uitruksterkte op 11 Mei bewijst, dat deze rust geen overbodige luxe was. 9 Mei. Aankomst van het 2e gedeelte der Pendeng-colonne (de z.g. transportcolonne) hierbij was tevens een 2e officier van gezondheid. 11 Mei. Verovering van Penosan1). Om 7.30 vom. rukten 10 brigades maréchaussee (124 karabijnen), waarbij alle valide officieren, uit tot verovering van dezen kampong. Deze colonne, onder bevel van den Overste, marcheerde oost om den kampong Penosan heen naar den, op dit moment verlaten kampong Gega- rang, noord van Penosan. Waar uit verkenningen, aangevuld met inlichtingen van de bevolking, gebleken was, dat Penosan zoowel aan de west-, zuid-, als oostzijde voorzien was van een dubbele omwalling, terwijl aan de noordzijde deze omwalling slechts enkelvoudig was, besloot de colonnecommandant als aanvalspunt de noordzijde te nemen. Het alhier aanwezige moerashetwelk de bevolking verhinderd had een tweede omwalling aldaar te bouwen en daarenboven door haar als een voldoende hindernis b Zie hierbij de schets no. 2. 606

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1939 | | pagina 20