sies en 2 gemengde brigades met zware verliezen opgelost waren
(disintegrated). Bloedige gevechten zouden gaande zijn tusschen
groepen van 500 a 2000 soldaten dier opgeloste macht.
Nadien echter verscheen over deze met zoo grootsche verwach
tingen aangekondigde operatie van Japansche zijde nog slechts
een enkel kort bericht op 22 Mei meldende, dat het gestelde
doel, n.l. de vernietiging van de Chineesche strijdkrachten ten
o. van de Hanrivier in n.-HuPeh, „beslist" bereikt was, waarom
de Japansche troepen verdere operaties hadden gestaakt. De Chi-
neezen waren gevlucht en vernietigd in de door de Japanners
genomen bijna onneembare bergstellingen. Bij een intensieve hitte
hadden sommige afdeelingen gedurende meer dan 10 dagen 3040
km per dag afgelegd.
Voor de Japansche berichten kwamen echter uitvoerige Chinee
sche berichten in de plaats. Deze behelsden, dat de Chineesche
troepenafdeelingen, die TangHo hadden bezet, op de nadering der
Japansche rechtercolonne van SinYang, uitgeweken waren naar
NanYang, en gedeeltelijk in de richting van SiangYang. Evenwel
bevond zich generaal TangEnPo met zijn macht te NanYang. Deze
rukte ondersteund door de aanvankelijk van TangHo terug
geweken troepen verrassend tegen TangHo, zoowel als tegen
SinYeh, op, van waar hij de Japanners resp. op 14 en 11 Mei
verdreef. In den strijd om SinYeh zou hij grooten steun hebben
ontvangen van het aldaar thuisbehoorende 10.000 man sterke
„Self defence Corps". Ook op andere plaatsen zouden deze locale
troepen hebben medegevochten.
Het schijnt, dat de Japanners, uitgeput door de hitte en de lange
marschen, en verstoken van verbindingen naar achteren, welke
door de Chineezen waren verbroken, niet tot grooten weerstand
in staat bleken. Achtervolgd door de Chineezen trokken zij op
TsaoYang terug.
Een andere teleurstelling voor de Japanners was, dat de door
hen verwachte panische vlucht der Chineesche troepen in n.w.-
richting uitbleef. Alle Chineesche troepen zouden ter plaatse ge
bleven zijn en daar, waar zij zich bevonden den strijd met Japan
sche afdeelingen aangebonden hebben. In dit bergterrein vonden
zij natuurlijk volop gelegenheid tot den kleinen oorlog, terwijl
zooals de Chineezen zelf opmerken in dat terrein de uitwerking
van de Japansche gemotoriseerde artillerie en van hun lucht
macht sterk verminderd was.
Daarbij kwam nog, dat de Chineezen a cheval van den weg van
ShaSi naar YingCheng tot het offensief overgingen, en op 15 Mei
erin slaagden op verschillende plaatsen de Hanrivier te over
schrijden. Op den 16den bedreigden zij TienMen. Aldus afgesne
den van hun basis en zonder de noodige aanvulling van verple-
gingsmiddelen en munitie, is het niet te verwonderen, dat de
weerstand van de Japanners steeds afnam. Op den 19den bezetten
648