B. Het JJtrechtsch Nieuwsblad van 20 Juni 1939 bevat het volgende artikel van den zelfden deskundige 658 Thans verdedigt men die zware schepen met de bewering, dat zij van vliegtuigen niets te duchten hebben, terwijl zij een aanvaller nepen met zijn zwaarste vlootmateriaal naar ons gebied te komen. Beide argumenten zijn niet deugdelijk en geven opnieuw blijk van een onderschatten van de groote beteekenis van het moderne vliegtuig en het niet willen beseffen, welk een allervoornaamste plaats het luchtwapen in een volgenden oorlog zal innemen. Wanneer er alles op gezet wordt, om het legerluchtwapen in Indië dien hoogsten graad van geoefendheid te doen verkrijgen, waardoor het een veel gevreesder tegenstander zal worden dan een vloot met slechts een drietal slag kruisers ooit kan zijn, dan zal aan de luchtmacht de verdediging van onzen Archipel ten volle zijn toevertrouwd. Alles men ziet, wat de militaire luchtvaart in de 25 jaren van haar bestaan heeft weten te bereiken en uit het dezer dagen verschenen gedenkboek leest, hoe daar gewerkt is, dan beseft men op welk een zeer hoog peil van practische bruikbaarheid het luchtwapen thans staat, hoe dit in de toekomst steeds gehandhaafd zal worden, en, gebruik makend van hetgeen de evolutie van het vliegtuig brengt, de hechtste waarborg zal zijn voor de handhaving v,an onze souve- reiniteit in Indië. SLAGSCHEPEN: DE DUURSTE OPLOSSING VAN INDIË'S DEFENSIEPROBLEEM. Het vliegtuig wint steeds meer aan afweerkracht. Met gespannen aandacht wacht Indië de beslissing af over plannen tol verderen uitbouw van de vloot". Aldus de Gouverneur-Generaal in zijn rede bij de opening van de nieuwe zitting van den Volksraad op 15 Juni. Aan deze woorden was een mededeeling voorafgegaan over het tekort op de begrooting voor 1940, dat op 40 millioen gulden geraamd werd, als gevolg van de hoogere defensie-uitgaven. Een niet onbelangrijke belastingverhooging werd aangekondigd, die echter het tekort slechts tot 30 millioen terug zou brengen, maar die op zich zelf een waarschuwing is, wat de gevolgen in dit opzicht zullen zijn, als de slagkruiserplannen werkelijkheid worden en Indië daarin zijn aandeel zal hebben te dragen. Ook hier te lande wacht men ongetwijfeld met gespannen aandacht de beslissing over de regeeringsplannen tot versterking der Indische defensie in haar geheel af en die spanning raakt ook voor een groot deel de toelichting, die daarbij gegeven zal worden, zoowel wat den opzet der verdediging als de totale kosten daarvan betreft. Men leest thans wel veel over slagkruisers, in grootte varieerend van 24000 tot 30000 ton, maar hoe men die schepen wil gebruiken, welke speciale taak, buiten die aan de tegenwoordige vloot opgedragen, de Regeering aan de slagkruisers heeft toegedacht, welk aantal zij daarvan in totaal wil aanbouwen, wat zij daarmede ten slotte denkt te kunnen bereiken, daarover tast men nog steeds in het duister. Niemand zal natuurlijk ontkennen, dat slagkruisers de weerkracht onzer vloot aanmerkelijk zullen verhoogen, maar dat doen slagschepen eveneens en kan practisch van elke vlootversterking gezegd worden. Er moet echter aan den slagkruiserbouw een zeer duidelijke en logische gedachte ten grondslag liggen, die vooral uit het gebruik, dat men van dat soort schepen wil maken, moet blijken. Wanneer men

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1939 | | pagina 76