1 1 1 1 1 763 vaart, Kol. Gnl. Milch, tevens Gnl.insp. van het D. luchtwapen. Naast dezen zijn voorts rechtstreeks onder den Minister-Opperbevelhebber gesteld Chef Gnl. St. Chef Bureau Luchtwapen- Luchtvaart- Minister commissie academie Onder den Gnl. insp. ressorteeren Luchtvdd. Mat. en Opleiding en Inln. en vbn. Centraalafd. aanvullingoefening Elk dezer diensten is uiteraard weer verdeeld in afdn. Zoo bestaat b.v. het Ausbildungswesen uit 14 inspecties. De luchtmacht van het rijk is verdeeld in 3 luchtvlootcommando's en 2 luchtwapencommando's. De luchtvloten bestaan te zamen uit 7 divisies, elk onder een Gnl.mj. Voorts is er een opleidingsdivisie. De vliegtuigeenheden van het Leger staan onder bevel van een Gnl.mj., die aan het opperbevel van het Leger is toegevoegd. Op dezelfde wijze is de commandant van de marinevliegtuigeenheden, Gnl.mj. Ritter, ingedeeld bij het Marine Oberkommando. Gedanken zum Luftkriege. (Luftwehr, Jan. 1939) Lezing van dit artikel van Luit.Kol. Herhudt von Rohden wordt aanbe volen. Het geeft een inzicht in de hedendaagsche D. opvatting omtrent het algemeene aspect van den luchtoorlog. Behalve het gebruik van de lstrkn. en de daarbij geldende beginselen (conform die van elke oorlogvoering) wordt ook aan enkele organisatorische vraagstukken en „Gliederung" aandacht geschonken. Jachtvlgn. tegen moderne bwrn. (Luftwehr, Febr. 1939 overgenomen uit R. A. de TA. Febr. 1938) Een zeer uitvoerig artikel op zuiver theoretische basis. Bij lezing ontkomt men niet aan den indruk van propaganda voor den jager. Daarbij wordt het doel echter wel eens voorbij gestreefd. De aannamen, welke de schrijver moet gebruiken cm tot een bepaalde redeneering te komen, zijn veelal geheel willekeurig en missen soms voldoenden grond. Mits voldoende critisch gelezen loont de studie nochtans de kennisneming. Er komen verschillende punten in voor, welke een nadere overweging waard zijn. Zoo bepleit de S. dat de jager bij een aanval van achter het gevecht met een tegenstander (bom menwerper) niet zal afbreken door een wending (waarbij zijn trefoppervlak zooveel grooter wordt) doch door plotselinge snelheidsvermindering (gas afsluiten), daarbij in denzelfden stand t.o.v. den tegenstander blijvende. O.i. heeft dit al aanstonds het nadeel, dat de hoeksnelheid hierbij practisch nul blijft, dus dat de trefkans van den tegenstander het grootst zal zijn. Voorts neemt S. aan, dat het vuurgevecht (met licht kaliber mitrn.) op 600 m zal worden geopend (met zware kalibers op 800 m), terwijl de aanvaller in het algemeen niet beneden 300 m (in een enkel geval 200 m) afstand behoeft te komen, wijl dan zijn trefkans practisch niet meer toeneemt. Een andere uitspraak is, dat 2 vlg.kanonnen de meerdere van 2 mitrn. doch de mindere van 4 mitrn. zijn. Het munitieverbruik van het kanon zal voorts verhoudings gewijs hooger zijn dan van den mitr. Eén der conclusies van S. is „In het

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1939 | | pagina 91