871
gedeeltelijke mobilisatie van September 1938 heeft dat ten overvloede weer
eens aangetoond. In een land als Nederland, met dikwerf hooge dijken en
smalle bermen, kan dit wel niet anders, als nog in aanmerking wordt
genomen, dat vaak moet worden gemarcheerd in den nacht met kort te
voren gevorderde en dus ongewende paarden.
S. stelt nu de vraag
„Hoe voorzien nu de op deze wijze gedupeerde onderdeelen in hun
voeding
S. komt tot de conclusie, dat het noodzakelijk is, de man te doen oefenen
in het zelf bereiden van eten in zijn kookketeltje.
Tot heden toe was de korte oefentijd een beletsel om den soldaat zaken
als deze bij te brengen, wellicht dat bij den tegenwoordigen oefentijd het
mogelijk zal blijken daarvoor tijd uit te trekken.
Verschenen is, een „Encyclopaedie voor voedings- en genotmiddelen".
Samengesteld door Dr. M. Wagenaar, scheikundig bacterioloog aan den
keuringsdienst van waren voor het gebied Rotterdam, uitgekomen bij de
N. V. Uitgeverij de Torenkrans, Zeist.
Bij de samenstelling van dit werk heeft de bedoeling voorgestaan een
practisch boek te geven, bruikbaar voor vele belanghebbenden.
In dit werk is in ruime mate opgenomen alles wat met de kennis van
voedings- en genotmiddelen in verband staat en het geeft een uitgebreid
overzicht van gegevens omtrent samenstelling, voedingswaarde, wijze van
bereiden, kenmerken van zuiverheid, soorten, kwaliteiten, handel, cultuur
enz. Een groote plaats is ingeruimd voor wat betreft de overheidsbemoei
ingen in Nederland, inzake de vereischte kwaliteit van de voedingsmiddelen.
Niet alleen de wettelijke eischen worden bij tal van artikelen gegeven, doch
ook worden vele aanwijzingen verschaft, waardoor een eenvoudige controle
en kwaliteitsbeoordeeling mogelijk wordt. Aanwijzingen zijn in het werk
opgenomen betreffende voedselkeuze, rationeele voedselbereiding, voedings
leer, onder- en overvoeding, enz.
In de Revue de l'Intendance, aflevering MaartApril 1939 geeft de
Intendant Mil. Ire cl. Roux een beschouwing over het gebruik van maga
zijnen en treinen ten dienste van de voorziening in de verplegingsbehoeften
te velde. Met voorbeelden uit de geschiedenis wordt door S. aangetoond,
dat afwisselend de voorkeur werd gegeven aan het opslaan van groote voor
raden in magazijnen in den rug van het leger en aan z.g. rollende magazijnen,
welke de strijdkrachten moesten volgen. De voor- en nadeelen van beide
systemen worden aan de hand van verschillende voorbeelden naar voren
gebracht. De ontwikkeling van het militaire transportwezen wordt aan een
bespreking onderworpen om daarna de vraag te stellen, hoe men zich de
aanvulling van verplegingsbehoeften in de toekomst moet voorstellen nu
door het gebruik van bombardementsvliegtuigen de aanvulling uit maga
zijnen, welke aanvallen uit de lucht te duchten hebben, in het bestek
van den daa. niet altijd meer te rekenen valt.
S. vestigt de aandacht op het gebruik van vliegtuigen als transportmiddel
voor aanvoer van verplegingsbehoeften en noemt dan een zestal sprekende
voorbeelden (Abessynië) waarin voor genoemd doel veelvuldig van vlieg
tuigen gebruik werd gemaakt. Een en ander was hier mogelijk aangezien
in de lucht geen tegenactie te verwachten was.
S. besluit zijn artikel met de verwachting uit te spreken, dat het vlieg
tuig ten dienste van den „aan en afvoer" slechts incidenteel in gebruik
zal worden gesteld.
K.
