876 kunnen overwegen, een deel van de vloot naar 'het Verre Oosten te zenden, had daarop niet den minsten invloed. De blokkade van Tientsin werd op denzelfden voet voortgezet, zoo niet versterktdie van Sjanghai scheen aanstaande terwijl het optreden van de Japansche weermacht nabij Hongkong al heel sterk den indruk wekte, dat deze Engelsche voorpost zou worden ingesloten. Daarnaast spreidden de Japansche diplomaten te Berlijn en Rome groote activiteit ten toon, hetgeen met de kabinetsbesprekingen te Tokyo, waarvan slechts werd medegedeeld dat zij ten doel hadden, de door Japan verder m.h.o. op de ontwikkeling der Europeesche verhoudingen te volgen politiek vast te stellen, den indruk wekte, dat een militair verbond met de as dn het naaste verschiet lag. Ook de Japansche ambassadeur te Moskou zat niet stil de geschillen over Saghalien werden bijgelegd de strijd in Mongolië duurde evenwel onverminderd voort. Leger, vloot en luchtmacht te Singapore en in de Straits werden aan merkelijk versterkt, v.w.b. het leger in hoofdzaak met Britsch-Indische troepen. Algemeen schreef men dit toe aan de te Singapore gehouden Fransch-Engelsche conferentie waar van Fransche zijde onder erkenning van de sterkte der marinebasis tegen aanvallen uit zee de aandacht zou zijn gevestigd op het geringe weerstandsvermogen tegen acties uit de lucht en van landzijde. De juistheid van deze bewering in het midden latend, kan worden opgemerkt, dat het voor de hand ligt, de afweerkracht van Singapore te versterken naar gelang de waarde van de voorpost Hongkong daalt en minder zeestrijdkrachten beschikbaar zijn en dat het t.d.a. ondanks Chamberlains hiervoor vermelde verklaring niet staat als men het te Londen wel gaarne zou zien, is minder dan een publiek geheim. Men denke daarbij slechts aan de beweerde plannen, Fransche slagschepen naar het Verre Oosten te zenden. Tijdens de vorenbeschreven gebeurtenissen viel een geleidelijke verslech tering van de Duitsch-Poolsche betrekkingen waar te nemen als een jaar geleden tegen Tsjecho-Slowakije zette een Duitsche perscampagne in, welke geleidelijk tot angstwekkende hoogte werd opgevoerd. Ock nam het aantal douane- en grensincidenten hand over hand toe. Ter regeling van eerst bedoelde ging Polen over tot rechtstreeksche onderhandelingen met Danzig, welke^ echter op niets uitliepen. In deze periode kwam de reeds genoemde militaire overeenkomst tusschen Duitschland en Slowakije tot stand, waar mede de „omsingeling" van Polen was voltooid naar het heette, viel de vermelde reis van minister Czaky en gingen Duitsche en Italiaansche diplo maten tusschen Berlijn of Berchtesgaden en Rome op en neer. Nog werden de besprekingen te Moskou voortgezet, ook nadat een Duitsch-Russisch handelsverdrag was gesloten, toen de wereld op 21 Augustus plotseling werd verrast met de officieele Duitsche mededeeling, dat von Ribbentrop den 23en naar Moskou zou gaan voor de onderteekening van een Duitsch-Russisch non-agressieverdrag. Verrast is eigenlijk te zwak gezegd beter zou het zijn te spreken van overvallen. Want daargelaten de zeer enkele in de onder handelingen ingewijden, was de Duitsche mededeeling voor allen als een donderslag bij helderen hemel, getuige de ongebruikelijke lange tijd die verliep voordat daarop in verschillende hoofdsteden zoowel van officieele als niet-officieele zijde werd gereageerd. Moge het begrijpelijk zijn, dat Rome vrijwel geen commentaar gaf, beteekenisvcl was het zeker, dat zelfs Tokyo ten zeerste verrast bleek. Aan gissingen en geruchten was geen gebrek. Het heeft weinig zin, deze hier op te sommen. Een belangrijk feit echter was, dat wellicht tegen veler verwachtingen in Engeland en Frankrijk verklaarden, dat de tot standkoming van het verdrag geen wijziging bracht in de door deze landen t.o.v. op zich genomen verplichtingen. Sindsdien hebben de gebeurtenissen zich met groote snelheid ontwikkeld de spanning steeg ten top, de hoop op een vreedzame oplossing steeg en daalde. Ook nu nog (31-8) is zij niet geheel verdwenen. Het is echter nog

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1939 | | pagina 106