C. Aan het Soerabajaasch-Handelsblad van 16 Augustus ont-
leenen wij het volgende uit een lezing, welke Luit. ter Zee de
Gelder voor de Vaderlandsche Club hield.
841
nog steeds de beslissende factor, het slagwapen en drukmiddel
bij uitnemendheid.
Het heeft echter een passende omlijsting noodig ter zee talrijke
uiteenloopende lichtere strijdkrachten, aan den wal Dreadnought-
basis-accommodatiedokken, reparatie-inrichtingen, enz. enz.,
een en ander zwaar verdedigd, ook tegen luchtgevaar. Om de
gedachten te bepalen accommodatie als in Singapore en Pearl-
Harbour (Hawaiï-eilanden).
Het behoeft geen betoog, dat dergel ij ke plan
nen geheel boven onze draagkracht liggen.
Zoo zou nog veel meer te citeeren zijn. Het bovenstaande lijkt ons
echter voldoende om duidelijk te maken, dat het Bat. Nieuwsbl. in
zijn meening, als zou over de oplossing van het vraagstuk der Indi
sche defensie in de kringen der marine geen verschil van meening
meer bestaan, stellig alleen staat. Het verschil is zelfs zeer groot. En
het zal nog wel grooter worden zoodra het nieuwe bewind straks met
zijn plannen voor het voetlicht komt.
Hoe geheel anders is de situatie bij het leger. Wie praat of schrijft
daar over 'tgeen moet worden gedaan om binnen het raam der moge
lijkheden het hoogste te bereiken Er is vertrouwen in de leiding
en die leiding schrijft voor. De rest isgehoorzamen.
Ware de marine van hoog tot laag van denzelfden geest doortrok
ken geweest, dan zou het défaitisme nooit zulk een vat op haar hebben
gekregen. Haar innerlijke verdeeldheid was een der oorzaken van
het verlies aan vertrouwen. Indien zij jaren en jaren terug eensgezind
voor het Nederlandsche volk ware getreden met de boodschap „dit
hebben wij noodig en niets anders", dan zou de val stellig niet zoo
diep zijn geweest.
Zeker, er zijn verzachtende omstandigheden. De marine is niet als
het Indische leger een eenheid. Zij valt in twee deelen uiteen. En
het Nederlandsche deel mist een eigen departement en dus een eigen
minister. Maar die verzachtende omstandigheden pleiten de marine
van schuld toch niet vrij.
Eenheid van inzicht omtrent hetgeen moet gebeuren om Indië een
krachtige maritieme defensie te verzekeren, had telkens nieuwe plan
nen minimale en maximale en telkens weer nieuwe commissies
volstrekt overbodig gemaakt. De marine is tot een belangrijke hoogte
het slachtoffer geworden van haar gemis aan een forsche lijn, van
haar innerlijke tweedracht, welke blijkbaar slechts „in 't barst der
stormen" in eendracht verkeert
GEEN SLAGSCHEPEN, DOCH SLAGKRUISERS.
Spr. zeide dan, weinig te voelen voor het volwaardige slagschip
van 35.000 ton, op krijgskundige gronden. Het uiterste geval aan
nemend, dat wij alleen of vrijwel alleen tegen een maritieme
grootmacht moeten standhouden, toont dat wij tegen een gecon
centreerde volledige vloot niet in staat zouden zijn een voldoende
sterke macht te plaatsen daarvoor zou een vloot als de Britsche
noodig zijn, tot het scheppen waarvan de Nederlandsche volks
kracht niet in staat is. Of wij een eskader echte slagschepen