853 om den voorstellers der motie een goed beeld te geven van de plaats, welke de niet-Europeesche sergeanten tweede klasse m de ieger- organisatie innemen. Dat behoeft ook niet te verwonderen, want voor een niet ingewijde is deze kwestie inderdaad eemgszms ingewikkeld. Ik zal daarom nogmaals een poging doen een duidelijke voorstelling van zaken ten deze te geven. Daarbij zal ik uitgaan van het wapen der infanterie ten eerste, omdat dit de grootste sterkte heeft dus ook het grootste aantal sergeanten tweede klasse en eerste klasse telt, en ten tweede, omdat bij dit wapen de beteekems van het kadei in de verschillende rangen en functies het duidelijkste spreekt Bij de infanterie worden van oudsher de compagnieën onderverdeeld m sectiën, de sectiën in brigades en deze weder in groepen. De sectien staan onder bevel van een officier, of van een onderofficier van hooseren rang dan dien van sergeant. j Dat is dus principieel een officierscommando. De brigade werd oorspronkelijk uitsluitend door een Europeesch sergeant gecomman deerd. Die afdeeling ter sterkte van ongeveer twintig man is de kleinste eenheid, welke met een zelfstandige opdracht van eemg belang wordt belast. In de buitengewesten bijvoorbeeld maken d- brigade-commandanten met hun afdeehngen geregeld patrouille- tochten, welke verscheidene dagen, soms weken, duren, ook in streken waar verzet niet is uitgesloten. Die brigade is dus uitgesproken ee onderofficiersaf deeling. De onder den brigadecommandant staande groepscommandanten, die slechte zeven a tien man onder hun bevelen hebben, treden veel minder zelfstandig op. De op hen rustende antwoordelijkheid is veel geringer dan die van den brigadecom mandant. Aan hen worden geringer eischen van kennis en bekwaam heUit°deze uiteenzetting kan blijken, dat er in een brigade in beginsel slechte plaats is voor één onderofficier. Dat is de brigadecommandan De groepscommandanten behoeven geen hoogeren rang te bekleeden dan dien van korporaal. In plaats van korporaal zegt men bij de Europeesche compagnieën brigadier. De functie is dezelfde. Bii een Europeesche compagnie heeft men dan oo.it in een brigade slechts een onderofficier dat is de sergeant-brigadecommandant en verder heeft men daar twee brigadiers. Hier zijn dus de ver houdingen zuiver bewaard gebleven. Bij de Inheemsche compagnieën echter hebben de omstandigheden tot een andere ontwikkeling geleid. Vroeger was het peil van ontwikkeling van den Inheemschen militair over 'het algemeen niet zoo hoog, dat hij volledig kon worden op geleid voor de functie van brigadecommandant, voor een onderol- ficiersfunctie. Daarom was de opleiding ingesteld op die voor groepscommandant, de korporaalsfunctie. Dientengevolge zou feitelijk voor hen slechts de rang van korporaal bereikbaar zijn Aangezien dit vooruitzicht wel zeer ongunstig werd geacht, werd voor de besten onder de korporaals de rang van Inheemsch sergeant bereik baar gesteld, hoewel zij en ik moge hierop de aandacht vestigen de functie van groepscommandant bleven bekleeden. Duidt dus de verleende rang op een onderofficierspositie, de bekleede functie was in feite niet die van een onderofficier. Dientengevolge was ook een betaling als onderofficier niet gerechtvaardigd (De Heer Thamrin: Staat er dan nog iemand boven hem.') De brigadecommandant, dat is eigenlijk de sergeant. Daaronder zouden dan alleen nog staan twee korporaals of brigadiers, hetgeen er natuurlijk toe zou leiden, dat vroeger de Inheemsche militairen het niet verder konden brengen dan tot korporaal. Dat vond men, zooals gezegd, wel wat al te ongunstig en daarom heeft men de beste korporaals sergeant genoemd. Dat werd gedaan om hen wai te releveeren en hun materieele positie na verloop van jaren te verbeteren In feite bleef de functie gelijk aan die van den korporaal.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1939 | | pagina 83