De in lid b verboden handeling kwam vaker voor zoo deed de Turksche Regeering in 1914 derhalve toen Turkije nog onzijdig was een in het Britsche consulaat te Konstantinopel opgesteld radiotoestel verwijderen, ondanks de protesten van Britsche zijde, waar men zich op exterritorialiteitsrechten beriep. Uit lid b kan men afleiden, dat publieke telegraaf- en telefoon stations, kabels a.a. in onzijdig gebied door de oorlogvoerenden zouden mogen worden gebruikt en dat hun eigen reeds vóór het uitbreken van den oorlog in bedrijf zijnde en voor openbaar verkeer opengestelde stations ook verder mogen worden gebe zigd. Onbeperkt gebruik zou in de practijk echter zonder twijfel aanleiding geven tot tal van moeilijkheden daarom heeft men tijdens den wereldoorlog o.a. in de Ver. Staten de stations van oorlogvoerende staten onder controle geplaatst, dan wel zelfs overgenomen. B0) Op deze controle zal nader worden ingegaan bij de behandeling van artikel 8, hetwelk bepalingen bevat t.a.v. aan de onzijdige Mogendheid, vereenigingen of particulieren toebehoorende middelen voor berichtenwisseling. Artikel 4. Op het grondgebied eener onzijdige Mogendheid kunnen ten behoeve der oorlogvoerenden geene strijderskorpsen worden gevormd, noch aanwervingsbureaux geopend. 'Dit artikel is het laatste van de vier artikelen, welke de plichten van de oorlogvoerende staten vaststellen niettemin is de redactie ruimer gesteld dan die van de artikelen 2 en 3 waar door het zich niet slechts richt tegen genoemde staten, doch mede tegen hun onderdanen zoowel als tegen die van onzijdige Mogendheden (de ter zake bestaande verplichting van de onzij dige Mogendheid op welker grondgebied de verboden handelin gen zouden worden begaan, is vastgelegd in art. 5). Wat onder strijderskorpsen is te verstaan, mag hier niet wor den afgeleid uit art. 1 H.R. (zie I.M.T. nr. 8, blz. 698) zoolang zij zich op onzijdig gebied bevinden zouden zij onmogelijk aan verschillende der daar gestelde criteria kunnen voldoen. Men dient het woord hier dan ook op te vatten in den zin van min of meer georganiseerde verbanden of zelfs benden, die de bedoe ling hebben, na overschrijding van de grens aan den strijd deel te nemen. Daaruit volgt dan tevens, dat art. 4 niet geldt t.a.v. geneeskundige formaties 61) deze bestaan immers volledig uit non-combattanten. Als aanwervingbureaux zijn niet te beschouwen de kantoren der buitenlandsche ambtelijke vertegenwoordigers (gezanten, consuls) der oorlogvoerenden, die dienstplichtige onderdanen 780 m) Vanselow, blz. 422. 01) Hoewel het hier evenmin ging om strijderskorpsen, heeft de Ned. Reg. zich in de jaren 1914-1918 toch ook verzet tegen werving van Nederlandsehe arbeiders met het doel, dezen in oorlogvoerende landen te werk te stellen in oorlogsindustrieën. Zie Fauchille 1458.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1939 | | pagina 8