c. Op 1 September verbod van luchtverkeer boven Nederland, behoudens voor Nederlandsche militaire vliegtuigen en t.a.v. bepaalde routes waarlangs het vliegen is toegestaan aan de inter nationale burgerluchtvaart, mits wordt gevlogen beneden 500 m met zicht op het aardoppervlak en mits tusschen zonsopkomst en zonsondergang (verg. I. M. T. 1939, blz. 619 en bijlage VI). In Ned.-Indië is een gelijksoortig verbod niet afgekondigdhier gelden derhalve slechts de bepalingen van de neutraliteitspro- clamatie en t.a.v. onzijdige militaire vliegtuigen de bepalingen van het in noot 36 genoemde Toelatingsbesluit d. Op 3 September afkondiging van de neutraliteitsproclamatie. Vooruitloopend op hetgeen te haren aanzien zal worden opgemerkt, vestigen wij thans reeds de aandacht op haar wel merkwaardige inleiding. Hierin toch wordt niet als in vorige neutraliteits- proclamaties gesproken over „den oorlog" doch over „den oorlogstoestand", terwijl oorlogvoerende Staten niet met name worden genoemd. Moge deze oplossing juridisch aanvechtbaar zijn, door het in zwang gekomen gebruik, den strijd zonder oorlogs verklaring althans in te zetten 78is zij zeker practisch mits men ervan op de hoogte is en blijft, welke Staten in het conflict zijn betrokken. Op 3 September waren dat Australië, Duitschland, Engeland, Frankrijk en Polenden volgenden dag voegde N.-Zeeland zich daarbij terwijl thans ook Britsch-Indië, Canada en Zuid-Afrika zich in toestand van oorlog met Duitschland achten. Voorts verdient het volgende de aandacht e. Op 5 September maakte de Belgische minister van defensie bekend, dat de omroepstations het publiek ook 's nachts door het omroepen van speciale mededeelingen in kennis zullen stellen van het overvliegen van Belgisch grondgebied door buiten- landsche vliegtuigen. Verg. I. M. T. 1939, blz. 789 Op 6 September meldde het Deutsches Nachrichten Büro, dat de Engelsche regeering enkele neutrale landen had gepolst over het denkbeeld, de lucht boven die landen slechts tot op 3000 m te rekenen tot territoir. Het punt begrensd of onbegrensd lucht- territoir maakt reeds lang een strijdvraag uit, welke wij bij de behandeling van het neutraliteitsrecht in de lucht in beschouwing zullen nemen. De Ned. N. P. '39 laat door art. 1, lid (1) geen twijfel omtrent het door de Nederlandsche Regeering terzake ingenomen standpunthet leidt ongetwijfeld tot meer moeilijk heden bij de neutraliteitshandhaving dan aanvaarding van een begrenzing, doch is o.i. het eenig juiste. 889 7S) Men meene echter niet, dat dit iets is van de laatste jaren. Francois (blz. 330) noemt als gevallen waarin tijdens den wereldoorlog vijandelijk heden zijn begonnen zonder voorafgaande formeele oorlogsverklaring o.a. den strijd tusschen Oostenrijk-Hongarije en Japan Turkije en Rusland, Engeland, Frankrijk Bulgarije en Servië.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1939 | | pagina 12