Is eenmaal de taak van deze algemeene reserve vastgesteld
en in een gevechtsopdracht geformuleerd, een en ander als uit
vloeisel van het onderwijl door den A. B. nader ontwikkelde
gevechtsplan, dan wordt deze algemeene reserve de beslissende
groep, doch onmiddellijk treedt dan de noodzaak tot vorming van
een laatste reserve naar voren, „om tot het einde aan onvoorziene
gebeurtenissen het hoofd te kunnen bieden" (A. T. V. II, punt 25).
2. Plaatselijke, algemeene en laatste reserve.
Bij. de, in breedte en diepte gegroepeerde, strijdende troepen
macht dient een scherp onderscheid te worden gemaakt tusschen
plaatselijke reserves, de algemeene reserve en de laatste reserve.
Eerstgenoemde worden afgezonderd uit en staan ter beschikking
van den commandant van het betrokken onderdeel, zoodat dus
de naast hoogere commandant van het als reserve aangewezen
troependeel den inzet en het optreden ervan bepaalt (de cie.cdt.
t.a.v. de sie.cies.reserve, de bat.cdt. t.a.v. de cie.bats.reserve, enz.).
Op dezen algemeenen regel bestaat echter een uitzondering, nl.
het geval, dat een hoogere commandant zich de taak en het
gebruik van een bepaalde reserve heeft voorbehouden x) Zoo kan
dus bijv. een reg.cdt. bepalen, dat een cie. in bats.reserve eerst
mag worden ingezet op zijn bevel, dan wel kan hij naast het
tijdstip, eveneens de taak en het gebruik van deze cie. geheel
in eigen hand houden (zie ook A. T. V. II, punt 26, laatste zinsnede
en G. V. I, (nieuw), punt 96).
De Algemeene Reserve daarentegen staat ter beschikking van
den A. B. en is bestemd om als beslissende groep al of niet
onder afzondering van een laatste reserve de beslissing te
bevechten dan wel, in noodgevallen wanneer de plaatselijke reser
ves daartoe onmachtig blijken te zijn, 's vijands bedreiging te
keeren.
De beide voorgaande begrippen nader ontledende, is dus het
bataljon in derde linie van een regiment in divisie-verband een
plaatselijke reserve (regimentsreserve) bij een zelfstandig optre
dend regiment vormt het echter de algemeene reserve. 2)
De laatste reserve ten slotte vormt de laatste stootkracht waar
over de A. B. op dat oogenblik kan beschikken, om den vijand den
eigen wil op te leggen of om het door 's vijands optreden ontstane
gevaar af te wenden. Zij wordt uit de algemeene reserve achter-
900
b Een veel gebruikte uitdrukking voor dit geval, ontleend aan het
eigendomsrecht, luidt, dat de hoogere commandant op het gebruik van
deze reserve een „servituut" heeft gelegd.
2) Op overeenkomstige wijze de cie. in 2e linie bij het bat., de sie.
cies.reserve bij de cie., hoewel het zelfstandig optreden van een bat.
sporadisch en van een cie. nagenoeg nimmer zal voorkomen.