verkregen en de reserve desgewenscht in verschillende richtingen kan worden ingezet. Aan den anderen kant moet de afstand tot de voorste troepen zoodanig zijn, dat haar tijdige inzet verzekerd is, zoodat als regel, naarmate het plan betreffende het gebruik van de reserve meer vasten vorm krijgt en het tijdstip van haar vermoedelijken inzet nadert, de afstand tot de voorste troepen verkleind wordt dan wel de plaats van de reserve in een bepaalde richting wordt gedrongen. Overigens is haar plaats zeer afhanke lijk van de voornemens van den bevelhebber (het gevechtsplan), van de terreinsomstandigheden (open terrein grooter, bedekt ter rein kleiner afstanden)van den aard en de phase van het gevecht en van het tijdstip van den dag, terwijl ook de sterkte van de reserve haar invloed op den afstand tot de voorste troepen doet gelden. Wordt een reserve achter een vleugel van een strijdend troependeel geplaatst, dan zal zij als regel naar dezen vleugel toe geëchelonneerd worden opgesteld, waardoor zij in staat is zich onverwijld tegen een eventueele flankbedreiging of overvleugeling te wenden. Operatieve reserves ten slotte zullen zoo lang omtrent hun gebruik nog geen beslissing is genomen ver achter waarts worden geplaatst ten einde de strategische vrijheid van handelen, naar tijd en ruimte gecoördineerd, te kunnen bewaren. 4. De moreele factoren. De moreele factoren, in verband gebracht met de aanwezigheid van reserves, dienen uit tweeërlei standpunt te worden bezien t.w. a. de moreele invloed, welke van de reserves uitgaat op de in voorste lijn strijdende troepen en op de gevechtsleiding b. de moreele invloed, welken de reserve door het gevechts verloop zelve ondervindt. ad. a De aanwezigheid van reserves op de in voorste lijn strij dende troepen werkt op deze afdeelingen moreel stimu- leerend. Zij weten, dat zij door de reserves worden onder steund, dat hun flanken en rug door de reserves zoo noodig worden beschermd, dat de reserve in noodgevallen gereed staat om hun taak over te nemen en te voleindigen. Deze wetenschap geeft een gevoel van veiligheid en kracht, waardoor de voorste afdeelingen een moreelen steun ondervinden bij de uitvoering van haar taak. Een zelfde invloed gaat van de aanwezigheid van reserves uit op den commandant van eenig onderdeel, tot wiens beschikking de reserve staat. Het gevoel steeds nog een afdeeling in de hand te hebben, waardoor hij in staat is zijn invloed op het verloop van het gevecht uit te oefenen en aan onverwachte gevaren het hoofd te bieden, geeft den commandant rust en vertrouwen in eigen kracht 902

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1939 | | pagina 25