gevoerd, terwijl bij gebruik van groote vliegtuigen een groot
aantal bommen van groot gewicht kan worden meegevoerd.
Door hoog te vliegen wordt getracht een zekere mate van veilig
heid te verkrijgen tegen het luchtdoelgeschut, hetgeen ook dikwijls
gelukt, omdat hierdoor de aanval vaak pas laat wordt ontdekt. Hier
staat tegenover dat de trefkans der bommen geringer wordt. Door
het vliegen met meer vliegtuigen in verband wordt de uitwerking
vergroot (op doelen van groote uitgestrektheid), dan wel de tref
kans vergroot (op doelen van kleine afmetingen). Hier staat tegen
over dat een groote formatie vliegtuigen meer trefkans biedt voor
het luchtdoelgeschut dan een kleine formatie, zoodat dikwijls
instede van in een groep van bijv. 9 vliegtuigen de aanval wordt
uitgevoerd in bijv. 3 groepen van 3 vliegtuigen, welke op verschil
lende hoogten en zeer kort na elkaar uit verschillende richtingen
aanvallen. De batterij commandanten der luchtdoelartillerie moeten
daarom, zelfs al hebben zij een doel onder vuur, steeds met de
uiterste oplettendheid door verschillende waarnemers het overige
luchtruim doen afzoeken, om te voorkomen dat alle batterijen op de
eerste aanvalsgroep zouden blijven vuren, terwijl de tweede en
eventueel volgende aanvalsgroepen ongehinderd haar bommen
zouden kunnen afwerpen.
De bomaanval in horizontale vlucht kan worden uitgevoerd op
hoogten, varieerende van enkele honderden meters tot de maxi
mum bereikbare vlieghoogte van de betrokken vliegtuigen toe.
Boven de 600 m zal als regel van richtinstrumenten worden
gebruik gemaakt. Dit nu is zeer belangrijk voor de luchtdoelartil
lerie, aangezien het, bij gebruik van richtinstrumenten, voor de
aanvallende vliegtuigen noodzakelijk is om kort voor en in aan
sluiting op het afwerpen van de bommen, gedurende eenigen tijd
(om de gedachte te bepalen van 30 tot 60 seconden) op constante
hoogte met een constante snelheid in den aanvalskoers te vliegen.
Aangezien de luchtdoelartillerie z.m. de aanvallende vliegtuigen
moet afschieten, alvorens zij hun bommen hebben geworpen, is
dit dus de periode, gedurende welke deze artillerie het meeste
kans op succes heeft. Immers, te voren zullen de aanvallende
vliegtuigen waarschijnlijk met onregelmatige koersen en dikwijls
met steeds verminderende hoogte komen aanvliegen, zoodat een
beschieting weinig kans op succes zal hebben.
Naast den eisch van een volkomen automatische vuurleiding
in verband met den geringen beschikbaren tijd volgt uit het
voorgaande, dat indien deze vliegtuigaanvallen op groote hoogte
(om de gedachte te bepalen boven de 4000 m) worden uitgevoerd,
het voor de luchtdoelartillerie noodzakelijk is, dat de vluchttijd
zoo gering mogelijk wordt gehouden, en dus in geen geval boven
de 30 seconden uit mag gaan. Te meer is dit noodzakelijk om de
914