Hoewel niet waarschijnlijk is het toch ook niet geheel uitge
sloten dat s nachts bomaanvallen in scheervlucht worden uitge
voerd, bijv. in heldere nachten. Een beschieting door de lichte
machinekanonnen of luchtdoelmitrailleurs is dan zeker mogelijk
en loonend, ook al wordt het doel niet door zoeklichten verlicht,
hetgeen bij deze soort aanvallen onuitvoerbaar is.
3. De bomaanvallen in duikvlucht.
De bomaanvallen in duikvlucht worden uitgevoerd tegen doelen
van geringe afmetingen, waarbij dus een groote trefkans nood
zakelijk is. De hiervoor gebruikte vliegtuigen kunnen meestal
slechts 1 groote, 2 middelbare, of 6 a 8 kleine bommen meevoeren.
De snelheid gedurende het duiken kan oploopen tot 600 a 800
km/uur, zoodat voor het bevuren van deze doelen een groote
vuursnelheid en wendbaarheid noodzakelijk is. Is het object door
luchtdoelgeschut verdedigd, dan zal de bom dikwijls reeds op
2000 m hoogte worden losgelaten anders kan de duik tot op
600 m worden doorgezet. De duikhoek bedraagt 60 a 90°.
De beste verdediging tegen deze aanvallen geschiedt met auto
matisch luchtdoelgeschut van 4 cm, opgesteld in het object zelf
(schepen), in welk geval de aanvallende vliegtuigen als het ware
in de dan nagenoeg gestrekte kogelbaan vliegen. Bij de verde
diging van groote objecten (steden) mag hieraan echter niet te
streng worden vastgehouden, en moet de opstelling van dit lucht
doelgeschut voor zoover mogelijk passen in het algemeene ver
dedigingsschema.
Hoewel niet waarschijnlijk, kunnen bomaanvallen in duikvlucht
toch ook wel 's nachts worden uitgevoerd. Een beschieting zal,
zelfs onder overigens zoo gunstig mogelijke omstandigheden,
weinig kans op succes opleveren.
In het voorgaande hebben we gezien hoe de luchtstrijdkrachten
zullen kunnen optreden. Vanzelf zijn we daarbij gekomen tot de
eischen, waaraan het luchtdoelgeschut moet voldoen, alsmede de
taak, welke aan dit geschut moet worden opgedragen, waaruit,
in verband met de techniek, volgt, welke soorten luchtdoelgeschut
voor een goede luchtverdediging onontbeerlijk zijn. Het optreden
der luchtstrijdkrachten echter is in hooge mate afhankelijk van de
weersomstandigheden, welke dan ook dikwijls oorzaak zullen zijn,
dat de luchtstrijdkrachten op geheel andere wijze zullen optreden
dan ^hiervoor aangegeven. Veel invloed kan dit echter niet heb
ben op het gebruik der luchtdoelartillerie. Bij de bespreking der
verschillende geschutsoorten hebben we weliswaar gezien dat zij
zich speciaal eigenen voor bepaalde soorten doelen, maar bij een
bomaanval zullen toch alle beschikbare wapens moeten worden
ingezet, ook die, welke zich voor beschieting van dat speciale
doel minder eigenen (bijv. wegens de vlieghoogte).
920