Waar in dit hoofdstuk getallen zijn genoemd, moet wel worden bedacht, dat deze slechts dienen „om de gedachte te bepalen", en dus geenszins als wet mogen worden beschouwd. In de volgende hoofdstukken zal worden getracht een indruk te geven van het gebruik der luchtdoelartillerie, alsmede van de wijze, waarop zij haar taak zal moeten uitvoeren. Terwille van een gemakkelijker aanduiding zal daarbij het luchtdoelgeschut genoemd worden zwaar voor kalibers van 12 tot 22 cm middelbaar voor kalibers van 7 tot 12 cm licht voor kalibers van 2 tot 4 cm. HOOFDSTUK II. DE LUCHTVERDEDIGING VAN VASTE OBJECTEN. 1) A. Luchtbewaking. Uit den inhoud van hoofdstuk I zal zijn gebleken dat de eerste voorwaarde voor het met succes gebruiken van luchtdoelgeschut is, dat de doelen tijdig worden ontdekt. Waarneming van de bat terij uit is daarvoor, wegens de uitgestrektheid van het te bewaken luchtruim, alsmede wegens de slechte zichtbaarheid van de dik wijls op groote hoogte vliegende zeer kleine doelen, onvoldoende dikwijls worden de doelen eerst ontdekt wanneer ze recht boven de batterij zijn, en dan zijn de bommen waarschijnlijk reeds afge worpen. Bovendien zou het, bij een zoodanige wijze van bewaking kunnen voorkomen dat slechts een of enkele batterijen het doel ontdekken, de anderen echter niet. Het is daarom noodzakelijk te beschikken over een kring van luchtwachtposten rondom het te verdedigen object, hetgeen voor vaste objecten, en vooral voor die, welke in het binnenland zijn gelegen, ook vrij gemakkelijk is uit te voeren. Voor objecten aan de kust wordt dit direct veel moeilijker, tenzij het mogelijk is een kring van luchtwachten op schepen of eilanden in zee te leggen, in welk geval deze goed zullen moeten worden beschermd, vooral 's nachts. De belangrijkste factor bij een dergelijke luchtbewaking is de snelheid, waarmede de luchtwachtberichten de betrokken batte rijen bereiken. Ideaal zou zijn indien elke luchtwachtpost een eigen telefoonlijn had, welke langs alle batterijen loopt. Practisch stuit dit echter op verschillende bezwaren, o.a. zou dan bij elke batterij een aantal telefonisten moeten zitten, gelijk aan het aantal lucht wachtposten. Daarom worden de luchtwachtposten alle met eigen 921 b Bij de samenstelling van een gedeelte van dit hoofdstuk is een dankbaar gebruik gemaakt van het artikel van den luit. kol. E. T. Koppen in het I. M. T. 1938 nr. 8 „Object-verdediging door luchtdoelartillerie".

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1939 | | pagina 44