ren, verbonden aan het bezoek van het ochtendziekenrapport, te ondervangen door een gelegenheid te scheppen zich voor derge lijke kleinigheden te laten behandelen op een ander uur. Bij het depot worden bijv. om 6 uur nam., na het avondbad door den ziekenverpleger, die ook op het ochtendziekenrapport werkzaam is, dergelijke „kleinigheden" behandeld. Uit de practijk kan een voorbeeld worden aangehaald hoe het niet moet. Na het eerste deel van een meerdaagsche oefening ver toonden verscheiden militairen van een Europeesche compagnie veronachtzaamde voetwonden. Zelfs ontstoken wonden aan de voetzool waren geen beletsel zich blootsvoets door het kanton- nement te bewegen Was bij het tweede deel van de oefening deze compagnie niet gemotoriseerd geweest, dan zouden er ongetwijfeld vele uitvallers zijn geweest, niet door malaria, dysenterie of andere z.g. „groote ziekten", maar door het wondje of blaartje, dat in het begin nog geen halve centimeter groot, dus „niets" was. Hier bestond een tekort aan inzicht en aan hygiënische tucht. De hierover onderhouden militairen verdedigden zich met de opmerking dat, indien zij met zoo'n kleinigheid op het zieken rapport zouden komen, zij de kans liepen van lijntrekkerij te wor den verdacht. Als deze uitlating slechts voor een klein gedeelte waar is en dit is verre van onmogelijk is dit een bewijs dat er iets aan den bestaanden toestand ontbreekt, zoowel op het gebied van vertrouwen als op dat van inzicht. Zich op tijd laten behandelen is nimmer als lijntrekkerij te beschouwen. Om het bij het depót bestaande systeem te helpen opbouwen, is het noodig te komen tot een bewustwording bij iederen militair van de groote waarde van een hooggestemd hygiënisch tuchtpeil, tot het besef dat voor het verkrijgen van een goede hygiënische tucht de medewerking van ieder militair onmisbaar is en tot de overtuiging dat het practisch mogelijk is, het beoogde doel te bereiken, en wel op een wijze, welke niet alleen de hygiënische tucht, doch ook de krijgstucht in haar vollen omvang ten goede komt. Dit onderwerp zal in een volgend artikel nader worden besproken. 955

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1939 | | pagina 78