965 Daartoe moet door een ieder naar vermogen worden bijgedragen. Dit geldt naar omstandigheden voor elke bevolkingsgroep en voor bepaalde, zich daartoe eigenende functies, ook voor vrouwen. De bereidheid om aan dien plicht te voldoen is den laatsten tijd onder alle bevolkingsgroepen wel zeer duidelijk naar voren gekomen. Toch zal met een beroep op vrijwillige medewerking niet kunnen worden volstaan. De belangen van land en volk, welke beschermd moeten worden zijn van te hooge orde, dan dat zij van vrijwilligen steun afhankelijk mogen worden gesteld. Zij eischen een grondige en weloverwogen organisatie van alle beschikbare krachten en middelen. Hiervoor is een wettige grondslag noodig, welken de thans in behandeling zijnde ordonnantie beoogt te geven. Inderdaad, Mijnheer de Voorzitter, deze ordonnantie zal aan de Regeering vérstrekkende bevoegdheden verleenen. Zij heeft daarom voor zooveel doenlijk waarborgen in het ontwerp opgenomen, welke tegen een lichtvaardige toepassing beoogen te waken. Gewezen mag worden op het verleenen van vrijstellingen, de mogelijkheid van beroep tegen de gewone maatregelen, de verleening van schadeloos stellingen, de regeling omtrent arbeidsgeschillen. Men kan ervan ver zekerd zijn de Regeering wil niet nalaten zulks nogmaals te ver klaren dat Zij van Haar bevoegdheden niet meer dan voor het landsbelang strikt noodig is zal gebruik maken en dat ook bij de uitvoering der ordonnantie voortdurend zal worden voor oogen gehou den, dat waar belangen van er bij betrokkenen zonder het algemeen belang te schaden kunnen worden ontzien, deze ook moeten worden ontzien. Zij meent, dat men 'Haar terzake vertrouwen kan schenken en het is dan ook met voldoening, dat Zij ervan heeft kennis genomen, dat de leden De Villeneuve, Soetardjo, Van Helsdingen, Verboom, Blaauw en Loa Sek Hie hebben verklaard zich op die basis met het ontwerp te kunnen vereenigen en de Regeering de gevraagde bevoegdheden te willen verleenen. De heer Soetardjo moge het billijken, dat de Regeering op dit oog'enblik niet ingaat op zijn staatkundige visie. Het geachte lid moge ervan verzekerd zijn, dat de eenheid van allen, welke het Koninkrijk te zamen bindt, ook Haar zeer ter harte gaat. Mijnheer de Voorzitter Een belangrijke beperking in de toepas sing van de gevraagde bevoegdheden is gelegen in het feit, dat de voorgestelde regeling slechts zal kunnen worden toegepast in tijden van oorlogsgevaar of oorlog. Op de voorgestelde ordonnantie zal dus geen beroep kunnen worden gedaan in omstandigheden, welke in andere wettelijke regelingen worden aangeduid als „buitengewone omstandigheden" of „tijden van spanning". Laatstvermelde omstandigheden zijn met opzet uitgesloten. Juist omdat de bevoegdheden, welke de Regeering worden toege kend zeer ver gaan, wordt de werking van de ordonnantie tot oorlog of oorlogsgevaar beperkt. De heer Van Helsdingen heeft zich afgevraagd, of het niet gewenscht zou zijn het begrip „oorlog of oorlogsgevaar" nader te definieeren. De Regeering acht dit ongewenscht. Niet alleen, omdat een bevre digende betere definitie uiterst moeilijk zal zijn te geven, doch even eens, omdat de term „oorlog of oorlogsgevaar" ook in andere wet telijke regelingen, zoowel Ned.-Indische als moederlandsche voorkomt en omdat ook daar de wetgever zich van het geven van eene definitie heeft onthouden. Waar het op aankomt, Mijnheer de Voorzitter, is, dat de Regeering in dergelijke omstandigheden kan handelen en snel kan handelen. Zij draagt de verantwoordelijkheid en bèslist op grond

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1939 | | pagina 88