troepenmacht aan land had gezet, had van Von Lettow Vorbeck, de Duitsche bevelhebber in Z.O.-Afrika, onverwijld de beschikbare strijdkrachten geconcentreerd te Tanga en omgeving. De groepeering van de Duitsche strijdkrachten was als volgt (zie schets) de 6e veldcompagnie, uitgerust met mitrailleurs, nam in een breed front stelling in den oostrand van Tanga; rechts uitwaarts van deze compagnie, zuid van Tanga, wer den de 16e en 17e veldcompagnie, uit politietroepen samen gesteld, alsmede nog enkele kleinere afdeelingen opgesteld achterwaarts, aan den rijweg TanggaPangani bleven ter beschikking van den bevelhebber de twee goede 7e en 8e Europeesche compagnieën (elke compagnie voorzien van 3 mitrailleurs) alsmede de 13e compagnie, die over 4 mitrail leurs beschikte. In opmarsch naar Tanga bevonden zich voorts nog de 4e en 9e veldcompagnie alsmede een batterij van 2 stukken C/73. Het tijdstip van aankomst van deze eenheden was nog volkomen onzeker. Op 4 November 1914 te 15.00 gingen de Engelschen tot den aanval over en drongen de 6e compagnie uit den oostrand van Tanga in de stad terug. De twee Europeesche compagnieën onder kapitein Von Prince voerden echter onverwijld een tegenstoot uit en wisten de Engelschen met zware verliezen uit Tanga terug te werpen. Maar ook zuid van Tanga oefenden de Engelschen door hun overmacht een grooten druk op de aanwezige 16e en 17e compagnie, onder bevel van den kapitein Baumstark, uit en ook hier gingen de Inheemsche troepen (Askari's) op den straatweg TangaPangani terug. Hoewel de teruggaande beweging van deze troepen, dank zij het optreden van de tot het commando behoorende Europeanen, tot staan werd gebracht, achtte Von Lettow Vorbeck den door de Engelschen op dit frontgedeelte uit- geoefenden druk toch dermate ernstig, dat hij besloot tot een tegenstoot. Hiertoe werd de eenigste, nog beschikbare compagnie, de 13e veldcompagnie met haar 4 mitrailleurs, ingezet tegen de onbe schermde zuidflank van de Engelschen. Het resultaat was ver rassend Toen de Duitsche troepen in front het mitrailleurvuur van de omvattende 13e compagnie op de zuidflank van de Engelschen vernamen, stortten alle compagnieën zich in den aanval en dron gen den vijand in oostelijke richting terug. Ondertusschen was de 4e compagnie aangekomen, die door Von Lettow Vorbeck ter versterking van de omvatting eveneens in het zuiden werd ingezet. Hoewel het in de bedoeling had gelegen deze compagnie nog verder in 's vijands flank te laten grijpen dan de reeds ingezette 13e compagnie, zette deze den aanval in 1016

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1939 | | pagina 29