(fig. 2) met een straal van 500 m (OG)Hieromheen kunnen we nu op een afstand van 2,5 km (GA) een cirkel trekken, de afwerp- kring, waarboven de bommen op zijn vroegst zullen worden afge worpen. Daaromheen kunnen we op een afstand van 2,5 km (AK) weer een cirkel trekken. In de strook tusschen beide cirkels, die we de kritische zone zullen noemen, moet het doel worden afge schoten. Vliegen de aanvallende vliegtuigen nog hooger, dan ver plaatst de kritische zone zich naar buiten, omdat de afwerpafstand grooter wordt. Vliegen de aanvallende vliegtuigen lager, dan wordt de afwerpafstand kleiner en verplaatst de kritische zone zich naar binnen. Zooals uit fig. 1 blijkt zijn deze verplaatsingen gering zij oefenen daarom practisch geen invloed uit op de opstelling der luchtdoelbatterij en. Hoewel we hiervoor hebben gezien, dat we het doel dikwijls eerst kunnen bevuren als het reeds zeer dicht tot de batterij is genaderd, zijn er toch ook gevallen denkbaar geringere vlieg hoogte of indien het doel reeds door andere batterijen wordt bevuurd dan wel geringere vliegsnelheid dat de luchtdoelartil lerie reeds veel eerder tot vuren kan komen, zoodat we hierna zullen aannemen, dat de maximum afstand waarop de eerste scho ten bij het doel aankomen 5 km bedraagt. Nemen we nu als te verdedigen object aan dat van fig. 2, terwijl we (het minimum aantal, nml.) 4 middelbare luchtdoelbatterijen ter beschikking hebben, dan zullen we thans de gunstigste opstel ling dier batterijen onderzoeken. In fig. 3 zijn de batterijen opgesteld in de grens van het object. We zien, dat de deelen van de kritische zone, welk slechts door één batterij (enkel geharceerd) of twee batterijen (dubbel gehar- ceerd) onder vuur kunnen worden genomen betrekkelijk klein zijn verreweg het grootste deel kan onder vuur worden genomen met drie (drievoudig geharceerd) of met vier batterijen (vier voudig geharceerd). Dit is echter slechts waar, indien de afstand waarop de eerste schoten bij het doel aankomen werkelijk 5 km is. Bij op groote hoogte aanvallende doelen, waarvoor deze middel bare luchtdoelbatterijen toch speciaal dienen, hebben we gezien dat deze afstand, waarop de eerste schoten bij het doel aankomen, op niet meer dan 2500 m mag worden gesteld, en dat is bij deze opstelling der batterijen juist de afwerpkring, zoodat het vuur te laat zal komen om het afwerpen der bommen te kunnen voor komen. In fig. 4 zijn de batterijen opgesteld op den afwerpkring. De harceering is overeenkomstig die van fig. 3, zoodat we zien dat vier betrekkelijk kleine gedeelten van de kritische zone door slechts een, vier groote gedeelten door twee, en vier kleine gedeelten door drie batterijen kunnen worden bevuurd. Geen enkel gedeelte staat onder het vuur van vier batterijen. Zou bij deze opstelling een bomaanval op groote hoogte plaats hebben, dan is de straal van het schootsveld slechts 2500 m, zoo- 1019

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1939 | | pagina 32