Uit de concentratie van strijdkrachten om de WuHan-steden blijkt wel, dat de Japanners met het einde van de zomerhitte plannen tot een offensief hadden beraamd. Blijkens hun waar schuwing aan de onderdanen der westersche mogendheden in het begin van September, kon dit offensief zich uitstrekken over een gebied van SiangYang (aan de Han-rivier) in het noorden tot ChangSha in het zuiden. Op den 13den September begonnen de Japanners een straals gewijs offensief van NanChang uit, waar zij tot dien vrijwel opge sloten waren geweest, in zuidelijke-, westelijke- en n.w.-richting. Over AnYi en FengSin in een 10-tal colonnes oprukkende, gelukte het hun KaoAn van de westzijde aan te vallen, en op 22/9 te nemen. Inmiddels kwamen ook de Chineezen in beweging en vielen uit het z.o. NanChang aan. Van WuNing uit slaagden zij er ook in de spoorbaan ten noorden van TeiAn te vernielen. Aan Japansche colonnes, die van FengSin uit in w.-richting wilden oprukken beletten zij den verderen doortocht. De 20 hier aanwe zige Chineesche divisies bleken sterker dan de Japansche troepen macht. Intusschen bleek ook, dat de aanval der Japanners van NanChang uit in w.-richting slechts een schijnaanval was om de aandacht der Chineezen van den hoofdaanval af te leiden. Het werkelijk beoogde doel der Japanners was n.l. ChangSha zij kozen als opmarschlijn zooals reeds op blz. 430 en 431 van dezen jaargang werd betoogd de spoorbaan en den autoweg van YoChow in z.-richting, omdat deze operatielijn langs den oostelijken oever van het TungTing-meer leidt, waardoor de marine actief kan bijspringen en de verpleging der troepen verzekerd wordt. In den nacht van den 19den September begonnen de Japanners den aanval op de Chineesche stellingen ten zuiden van de Sm- Tsiang-rivier, welke zij op verschillende plaatsen trachtten te overschrijden onder de bescherming van hevig artillerievuur. Het schijnt, dat de Chineezen erin slaagden gedurende 3 dagen tot 23/9 de Japanners hier tegen te houden. Zij weken eerst toen een vloot van 200 motorschouwen onder dekking van 30 oorlogs bodems, den 22/9 in den avond van YoChow vertrokken, gedu rende den nacht tenminste een brigade landde op de landtong ten zuiden van de monding van de SinTsiang-rivier. Tegelijkertijd vertrok een andere flottielje van een 100-tal motorschouwen naar YinTien met de duidelijke bedoeling den Chineeschen terugtocht te bedreigen. Deze landing werd door de Chineezen verijdeld doch op den 24sten herhaald onder dékking van vliegtuigen. Zoowel hier als in de SinTsiang-linie waren de verliezen aan beide zijden zwaar. Herhaaldelijk werd met de bajonet gevochten. Een derde colonne gelukte het na hevige gevechten bij TungCheng van 20 tot 24 September tegen 3 Chineesche divisies eindelijk op den 24sten de grens tusschen HuPeh en HuNan in z.-richting te overschrijden. 1055

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1939 | | pagina 70