1074 wapens op draagpaarden voertuigen vormen een noodzakelijk kwaad, moeten achterw. in afzonderlijke eenheden worden ondergebracht. Voor alles moet de cavalerist worden opgeleid voor het gevecht, in staat de hulp van inf. in den aanval te ontberen. Voor aldus opgeleide cav. zal steeds een taak zijn weggelegd. Pantserver banden. Pantserverbanden leenen zich hoofdzakelijk tengevolge van den huidigen stand van den pantserafweer beter voor de manoeuvre en den aanval op zwakke stellingen, dan voor een doorbraak. Dit is de meening van den It. gnl. Coppi (M. W. Juli nr. 4). S. heeft het oog op het optreden tegen beveiligings troepen een gewelddadige vk. over een breed front een verrassenden inzet tegenover een front, waar de vij. niet sterk is tegenaanvallen en tegen- stooten een inzet nadat een doorbraak is tot stand gebracht. Verrassing, massa, snelheid, maskeering en samenwerking met andere wapens zijn de elementen, welke bij een pantseraanval niet mogen ontbreken. De massa moet zorgen dat de sterkte van de vewn. t.o.v. het vij.pag. steeds zoo gunstig mogelijk is maskeering wil zeggen met nevel werken om den vij. blind te maken. De artillerie moet op kleine afstanden tegen zichtbare vij. kanonnen zoo snel mogelijk het vuur kunnen openen geëischt wordt 10.5 en 7.5 cm geschut op „Selbstfahrlafette". Gnl. C. is er van overtuigd, dat een pantseraanval niet mag worden uitge voerd zonder een gelijktijdigen aanval van gevechtsvlgn., die met mitrn. en lichte en zware bommen den vij. bestoken en z.n. nevelschermen vormen. De kern van pantsertroepen moet bestaan uit 3 batn. „carri rottura", een type vew. waarbij meer gelet is op pantsering en snelheid dan op bewapening, waarbij ingedeeld vlammenwerpers, nevel- en rookvewn. Radio (zender en ontvanger t/m sie.cdtn. alle anderen alleen ontvanger) is urgent. Een bat. vewn. voor begeleiding der „carri rottura", bewapend met kanon, minder pantsering, minder snelheid bestemd voor den strijd tegen pag. en vewn. Een bat. zeer snelle vewn. voor het uitbuiten van het succes der beide eerst genoemde typen. De 4 batn. tot een reg. vereenigd. De inf. moet zijn uitgerust en opgeleid voor den aanval soms volgt zij de tanks soms gaat zij vooruit. Vervoerd zoowel op auto's als op motorrijwielen. Een reg. wordt voldoende geacht. Als pantserafweer 1 a 2 cien. 47 mm pag. Tegen vlgn. minstens 2 tot 3 bijn. 20 mm ld.mitrn., versterkt door 7.5 cm ld.art. Als neveltroepen 1 cie. deze moet het geheele aanvalsfront kunnen vernevelen. Ten slotte wijst S. op de moeilijke aanvoering der gepantserde eenheden; dit is ook de oorzaak dat de door hem voorgestelde eenheid aanmerkelijk zwakker is dan die in Engeland, Frankrijk en Duitschland. V erkennings dienst. Terecht merkt ov. Balck in M. W. Aug. nr. 7 op, dat het melden van „sterk of zwak bezet" zoo weinig waarde heeft. Een groep in een dorpsrand is voor den enkelen waarnemer „sterk", voor den bat.cdt. voor wien het bericht is bestemd, „zwak". Men moet de verkenners leeren te melden „Bij dorp X vuur ontvangen van 2 mitrn. vij. minstens 2 groepen, hoogstens 1 sie. sterk". Cavaleristen, wielrijders en gemotoriseerde onderdeelen in één eenheid samengevoegd, zijn oorzaak van een moeilijke bevelvoeringook bestaan bezwaren tegen te sterke vk.eenheden. Bij een div. kan men volstaan met een eskadron, versterkt met vb.middelen en paun. „Verkennen zonder te vechten" is theorie zegt ov. B. De D. vk.eenheden zijn steeds voor het gevecht opgeleid en in den wereldoorlog heeft dit tot resultaat gehad, dat de leiding steeds over goede berichten beschikte. Wel eischt een dergelijk optreden soms aanzienlijke verliezen, maar uiteindelijk blijken deze gering te zijn t.o.v. de verkregen voordeelen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1939 | | pagina 89