dat slagschepen alleen nut zullen afwerpen in eene harmonisch samengestelde vloot, zoodat een bouwplan van dezen aard ook zou moeten voorzien in aanschaffing van vele kruisers, jagers, onderzee booten, vliegtuigen en dus ook een vliegkampschip. Aan een eskader slagschepen, als nokbalk van een zelfs nog niet in geraamte aanwezige marineconstructie, heeft men niets. Reeds leerde eene oorlogservaring van nog geen drie maanden hoe het ging met onvoldoend beschermde groote schepen als het vliegkampschip „Courageous", en het slagschiu „Royal Oak". Dezelfde principieele eisch geen groote schepen zonder harmoni- schen uitbouw der gansche vloot, stelde vice-admiraal Ferwerda ook steeds, ten aanzien van plannen als dat der z,g. technische commissie (de heeren Furstner, Helfrich, Jolles en Doorman), welke omvatten den bouw van 3 kruisers van 27.000 ton, en overigens speculeeren op de mogelijkheid tot uitdieping van het Westervaarwater bij Soerabaja. Natuurlijk zal ieder vlootvoogd, dus ook vice-admiraal Ferwerda, gelukkig zijn met het bezit van drie zulke kapitale schepen, doch niet naar de typische nokbalk-theorie eerst zorgen voor den top der constructie, en dan later maar zien dat men onder dien top de muren optrekt. Het is noodig, te beginnen met den onderbouw, en daarna met het dak. Hoe onaangenaam in het lichaam der Marine de persoonlijke mee- ningsversehillen woeden, en van welke zonderlinge methoden wordt gebruik gemaakt om de meening van een anders oordeelend deskun dige in discrediet te brengen, blijkt wel hieruit dat men het wil doen voorkomendat het oordeel van vice-admiraal Ferwerda beïn vloed is door politieke overwegingen. Indien er nu iemand is die volkomen buiten de politiek staat, en aan haar nimmer eenig argu ment zóu willen ontleenen, of het nu slagschepen, kruisers of torpedo- motorbooten betreft, is het de heer Ferwerda. Het plan der zooeven genoemde technische commissie zal, zoodra het algemeen bekend is, ook in marinekringen veel tegenstanders vinden, omdat het niet veel meer brengt dan de ophanging van drie zware kruisers als prijzen hoog in een zeer gladden mast. Het plan schiet zeer bepaald te 'kort in de voorziening aan hetgeen onafscheidenlijk bij schepen van 27.000 ton 'behoort, zooals ook blijkt uit het feit dat de totale kosten van dit plan slechts een naar verhou ding onbeduidend bedrag hooger zijn dan de kosten der "drie groote schepen. Bovendien valt het plan met het behoud van de marinebasis Soerabaja. Zoo is het plan der technische commissie nogal eenzijdig, en het is goed dat een consequent en vasthoudend man als de vice-admiraal niet mede jongleert met slagschepenslagkruiserszware kruisersdoch dat hij zijn oud en bekend beginsel handhaaft geene willekeurige en wilde uitbreiding, doch eene harmonische, welke geen zes sporten der ladder overslaat doch geleidelijk opklimt, natuur lijk met zoo groot mogelijke snelheid. En om nu, in dit eerste artikel, van het plan der technische com missie af te stappen het is een publiek geheim dat zoowel de Raad van Indië als de Landvoogd tegenstanders zijn van dit plan. Let wel niet van drie of meer slagkruisers, doch van de uitbrei ding der vloot in ééne richting, waardoor een niet-harmonisch geheel zou ontstaan. De ontworpen schepen op zichzelven zijn zeer goed. Naar Anip-Aneta uit den Haag seint, wordt vernomen, dat het advies der Indische regeering over het rapport der technische Marine commissie inzake de uitbreiding der maritieme defensie in Neder- landsch-Indië thans bij de Nederlandsche regeering is ingekomen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1939 | | pagina 122