ontwikkeling. Bepalen echter uitsluitend deze factoren de inner lijke gevechtswaarde van een bepaald ras O.i. stellig nietde natuurlijke strijdbaarheid geeft den doorslag en wie zou op grond van louter vredesoverwegingen durven beweren, dat de aard van den Inlander zich in dit luttel tijdsverloop zou hebben gewijzigd Zonder ook maar iets af te doen aan de daden van prachtige persoonlijke dapperheid van Inheemsche militairen of van het voortreffelijke rimboewerk, hetwelk nu nog dagelijks tot in de verre uithoeken van den Indischen Archipel door Inheemsche brigades onder Europeesche leiding wordt verricht, moet er toch op worden gewezen, dat in al die wel verdiende loftuitingen geen motief ligt opgesloten om nu maar voetstoots aan te nemen, dat de Inheemsche eenheden als zoodanig gelijke waarde hebben als de Europeesche. Hoe zij zich in groot tactisch verband, in een strijd tegen modern bewapende goed geoefende buitenlanders zullen gedragen is nog een open vraag. Wij hebben bij de pacificatie met succes een wissel getrokken op de Inheemsche troepen, maar men overschatte hun militaire waarde daarom niet. Te velde is gebleken, dat deze troepensoorten eerst goed tot hun recht kwamen, wanneer ze optraden in nauw verband met Europeesche eenheden. Elk ander gebruik berust op zuiver theoretische gronden, op niet te verantwoorden riskante hypothe sen. Dit over de kwaliteit van de Inheemsche troepen welke overi gens onbestreden blijft. Over de kwantiteit valt in dit verband ook nog wel iets te zeggen, omdat soms de volkomen foutieve meening wordt verkondigd als zouden ongelimiteerde aantallen Inheemsche militairen ten dienste van het leger kunnen worden gesteld. Ten einde in laatstbedoeld vraagstuk eenig inzicht te kunnen geven, is het noodig een enkel woord te wijden aan de voornaam ste Inheemsche rassen, waarop voor recruteeringsdoeleinden een beroep kan worden gedaan. Allereerst zijn daar de Amboneezen en Manadoneezenbeide landaarden zijn van uitgesproken militaire begaafdheid en in het leger zeer gewild. Helaas zijn deze soldaten slechts in beperkt aantal verkrijgbaar. Reeds tien jaren geleden is er van Inheemsche zijde in den Volksraad aangedrongen op beperking van de werving van genoemde landaarden voor leger, vloot, politie en andere openbare diensten. Volkomen begrijpelijk. De wervingsgebieden Ambon en Manado tellen te zamen nog geen millioen zielen, maar leveren voor den dienst buiten hun eigen land een naar verhou ding abnormaal groot aantal lieden voor Gouvernements- en parti culiere betrekkingen. Deze toestand bedreigt de ontwikkeling van die streken zelfs van het volksbestaan. Al kan er, uit militaire overwegingen, thans geen sprake zijn van wervingsbeperking, de onzekere bestaansvoorwaarden van deze landaarden en de geringe absolute capaciteit van deze gebiedsdeelen werken toch te rem mend om daarvan voor de toekomst nog veel versterking te kun nen verwachten. Normaal kan voor het leger gerekend worden 1101

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1939 | | pagina 13