Ten aanzien van den inzet van de plaatselijke reserves bij den
aanval bestaat nog een grondig verschil met de hiervoren ontwik
kelde stelregels bij de verdediging. Is uit noodzakelijke over
wegingen het initiatief tot den tegenstoot aan den commandant
van de betrokken afdeeling overgelaten (uitbuiten van het juiste
tijdstip), bij den aanval geldt als algemeene regel, neergelegd in
punt 98 van het G.V.I. (nieuw) ten volle „Een reserve grijpt
niet in het gevecht in dan na ontvangen bevel, behoudens in zeer
bijzondere gevallen waarin ingrijpen op initiatief van den com
mandant bepaaldelijk wordt geëischt".
Dit voorschrift past geheel bij het karakter van de gevechts
voering bij den aanval, want alleen de commandant van eenig
onderdeel kan uitmaken waar de inzet van de reserve verant
woord is hij neemt waar, op welke plaatsen succes wordt ver
kregen, hij alleen kan de gewenschte manoeuvre beoordeelen.
Ook het uitzonderingsgeval „ingrijpen op eigen initiatief" kent
de aanval en wel in de eerste plaats daar, waar plotseling gevaar
dreigt (afwerend vermogen van de reserve) en voorts onder
omstandigheden, dat het succes van de voorgaande afdeeling
evident is doch de bevelen uitblijven. Doch nogmaals dit initia
tief is alleen mogelijk en verantwoord, indien de commandant van
de reserve-af deeling in voortdurend en nauw verband blijft met
de voorste af deelingen en dus met het verloop van den strijd
(zie o.a. voorbeeld I).
Ten slotte dient nog een enkel woord te worden gewijd aan de
vraag, of indeeling van vechtwagens bij de aanvallende troepen
wijziging brengt in de hiervoren gegeven beschouwingen.
Uitgaande van het standpunt, dat de tactische methode voor
den inzet van vechtwagens in onze verhoudingen in hoofdlijnen
zou kunnen worden beheerscht door de volgende algemeene
grondregels
a. z.n. een beperkte indirecte steun tot aan de lijn van de vijan
delijke bataljonsreserves, door middel van een eerste golf
vechtwagens, gesteund en beschermd door artillerievuur
b. een rechtstreeksche steun aan de aanvallende infanterie, door
middel van een tweede golf vechtwagens
c. een reserve van een derde golf vechtwagens, zoo noodig voor
de verdere doorvoering van den aanval en de vervolging, dan
wel voor het afslaan van tegenaanvallen van de reserves van
den verdediger,
moet de conclusie worden getrokken, dat de inzet van vecht
wagens geenszins met het hiervoren genoemde gebruik van de
reserves in strijd komt, doch dit integendeel nog nader accen
tueert. Door de vechtwagens immers worden vuur- en stoot
kracht van de voorste troepen in de eerste plaats verhoogd, waar
door een grootere druk op den vijand kan worden uitgeoefend.
De aan de plaatselijke reserves toegekende taken blijven dien
tengevolge onverminderd van kracht, zoowel bij de doorvoering
1118