C. Opstelling van het lichte 4 cm luchtdoelgeschut.
Zooals we in hoofdstuk II reeds hebben gezien worden de
lichte 4 cm batterijen op twee manieren gebruikt, nml. passend
in het schema van een objectverdediging (fig. 14), dus op 900 m
van de grens van het object, dan wel voor de verdediging tegen
bomaanvallen in duikvlucht, dus in het object zelf. In het eerste
geval zullen zij door het terrein verplaatst moeten kunnen worden,
in het tweede geval zal dit meestal niet noodig zijn. Hieruit blijkt
echter wel dat ook voor dit geschut indeeling van tractoren nood
zakelijk is.
Na hetgeen in het vorige hoofdstuk over de opstelling van dit
geschut bij de verdediging van vaste objecten is besproken, behoeft
hier niet verder op te worden ingegaan. Slechts moge nog worden
vermeld dat om dezelfde reden als bij het middelbare luchtdoel
geschut ook hier een indeeling van minstens 4 batterijen
gewenscht is.
D. Opstelling van het lichte 2 cm luchtdoelgeschut.
De lichte 2 cm luchtdoelbatterijen zullen te velde ook worden
gebruikt tegen de lage horizontale bomaanvallen om de gedachte
te bepalen tot hoogstens 2000 m hoogte en tegen de aanvallen
in scheervlucht. Zij worden dan ook opgesteld nabij de grens van
het object in de meest waarschijnlijke naderingsrichtingen der
aanvallen in scheervlucht. Ook deze batterijen zullen zich dus
door het terrein moeten kunnen verplaatsen. Echter is dit geschut
als regel zoo licht, dat dit wel met handen zal kunnen geschieden,
desnoods met verzamelde bedieningen.
Indien we aannemen dat voor de verdediging in alle richtingen
van een object minstens vier secties (bijv. a 3 stukken) noodig
zijn, dan is om dezelfde reden als bij het middelbare geschut een
minimum aantal van 8 secties noodig.
Zooals reeds in den aanvang van dit hoofdstuk werd betoogd,
is dit geschut echter ook onmisbaar op het gevechtsveld. Behalve
de hierboven genoemde secties voor de verdediging van objecten
achter het gevechtsveld, zijn op het gevechtsveld dus ook nog
secties noodig. Het meest gewenscht zou zijn dat van het hier
bedoelde geschut per bataljon infanterie en per batterij mobiele
artillerie 1 sectie werd ingedeeld. De artillerie van het veldleger
zal meestal wel zoo gedekt zijn opgesteld, dat er slechts één aan
valsrichting mogelijk is. In dat geval moet de verdedigende sectie
2 cm luchtdoelgeschut of luchtdoelmitrailleurs in de aanvalsrich
ting ongeveer 300 m worden vooruitgeschoven, opdat zij buiten
de spreiding blijft van het tegen de batterij gerichte artillerievuur
of de bommen. Uit een oogpunt van opleiding en oefening van
het personeel is het echter gewenscht deze secties te vereenigen
tot afdeelingen, bijv. 1 per regiment infanterie en 1 per afdeeling
1128