kelijk op 10 October zou worden geïnstalleerd en later op 12 November, nu volgens generaal Abe wellicht nog voor het einde van het jaar het levenslicht zal zien. Men kan zich niet onttrekken aan den indruk, dat, indien een modus gevonden zou kunnen worden om ondanks de doodverklaring van de Nationale regee ring, toch met die regeering tot een accoord te komen, de Japan- sche regeering daarop gaarne zou ingaan en WangChingWei met zijn satellieten dadelijk los zou laten. Vrede met de erkende, gezag hebbende Chineesche regeering lijkt ook de eenige oplossing om tot een werkelijken vrede te komen het is evenwel te vreezen, dat geen Japansch kabinet daartoe de militairen zal kunnen over halen, zoolang generaal ChiangKaiShih vasthoudt aan zijn eersten eisch ontruiming van China door het Japansche leger. Na het beëindigen van den strijd bij de Kalka-rivier in Man- Churije heeft men weinig meer gehoord van hetgeen zich daar verder afspeelt. De gemengde commissie, welke deze aangelegen heid moest liquideeren, heeft, naar verluid, niet veel vorderingen gemaakt. Over den strijd zelf is niet veel gepubliceerd, hetgeen uit een militair oogpunt zeer te betreuren valt. Want uit het wei nige, dat bekend is geworden omtrent dezen maandenlangen strijd, blijkt wel, dat daar hevig gevochten is. De Japansche Minister van Oorlog heeft zelf erkend, dat de Japansche verliezen 18.000 man hebben bedragen men kan zeker zijn, dat dit aantal bene den het werkelijke ligt. In het begin van den strijd, in Mei, zouden de Japanners in de lucht de meerderen zijn geweest. Zij zouden over betere meer moderne -vliegtuigen hebben beschikt en over beter geoefende vliegers. Over den strijd op den grond heb ben de Japanners steeds gezwegen, wat terecht aanleiding geeft de geruchten te gelooven, dat zij daar van den beginne af de zwakkeren waren. De soldaten, die de Russen daarheen zonden ter ondersteuning van de Mongolen, zouden behoord hebben tot op de oostkust van de Kaspische Zee levende volkstammen, welke op een tamelijk laag cultureel peil zouden staan, zoodat het dui delijk wordt, waarom zij als krijgsgevangenen geen gunstigen indruk op de Japansche journalisten wisten te maken, en het niet onwaarschijnlijk klinkt, dat zij heelemaal niet wisten waarom en tegen wie zij vochten. Na de eerste verliezen in de lucht hebben de Russen echter uit het westen modern materieel gezonden en goed geoefende vliegers alsmede modern materieel, dat volgens de Japanners zelf veel beter was, dan dat waarover zij zelve beschikten. Men verwacht dan ook hier, dat als gevolg van de ervaring opgedaan bij Nomonhan op de oorlogsbegrooting voor het volgende jaar de Japansche minister belangrijke sommen zal aanvragen voor den aanmaak van nieuwe en betere tanks en andere mechanische strijdmiddelen. De aanval der Japanners op ChangSha werd in de vorige cor respondentie gevolgd tot op 4 October. Alvorens het verdere ver loop van dien strijd te vermelden, moeten eerst een paar aanvul- 1159

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1939 | | pagina 71