103 overschatten. Zoo valt kwalijk aan te nemen dat zij zou leiden tot een breuk van de as Rome-Berlijn. Deze breuk werd reeds de vorige maand voorspeld op grond van de vervanging van enkele Italiaansche hoogwaardigheids - bekleeders. Nog daargelaten, dat Ciano, een van de smeders van de as, aanbleef, dient de vraag te worden gesteld, of zij niet geheel past in het door Mussolini gevolgde systeem van regelmatige aflossing, hetwelk eenige zeer voor de hand liggende voordeelen biedt boven het elders toegepaste. Wie overigens nog mocht twijfelen omtrent Italië's houding zal door Ciano's rede en Gayda's publicatie wel uit allen waan zijn geholpen Italië wacht af en ziet toe met het geweer bij den voethet blijft zijn bondgenoot trouw al steunt het dezen niet gewapenderhand. Het keurt Ruslands optreden af doch vraagt Engeland, waarom het na den Russischen inval in Finland niet onmiddellijk de betrekkingen met Moskou verbrak. Scherp is het antwoord omdat het Engeland koud laat of geheel Europa van de Weichsel tot Gibraltar wordt gebolsjewiseerd, mits geen Britsche belangen worden geschaad. Duidelijk worden de eischen nog eens geformuleerdeen vrije en veilige ingang tot de Middellandsehe Zee, koloniale gelijkheid, geen inmenging op den Balkan en in de Donaulanden ten koste van Italië. Men ziet, ook Rusland wordt gewaarschuwd. Is dit het antwoord op de beweerde Duitsch- Russische afspraak Het heette, dat Berlijn Moskou de vrije hand zou laten in de Baltische staten, Finland, Noorwegen en Zweden dat het zich niet zou kanten tegen een terugkeer van Bessarabië en tenslotte Hongarije, Roe menië, Bulgarije en Turkije rekende tot Ruslands invloedsfeer. Zoo Italië aan Duitsche zijde blijft staan, zou Berlijn er zich toe bepalen, door het tot zijn invloedsfeer te rekenen Joegoslavië door te dringen naar de Adriati- sche Zee. Mocht Rome zich echter tegen Duitschland richten, dan zou dit niettemin aan zijn voornemen gevolg geven, doch nu ook Italië onder zijn invloed brengen. Hoewel het in dit verband merkwaardig is, dat men zich te Moskou uitliet over „de drie continentale staten Rusland, Duitschland en Frankrijk" zoodat Italië niet eens werd genoemd, klinkt vorenvermelde afspraak wel wat al te fantastisch. Kwalijk valt toch aan te nemen, dat Berlijn zooveel zou geven om zoo weinig te ontvangen Op het gebied van berichtgeving schijnt thans echter niets te dwaas. Dat er over en op het Balkanschiereiland een felle diplomatieke strijd wordt gevoerd, staat echter wel vast en dat Rusland daarbij betrokken is, eveneens. Men denke slechts aan de berichten over communistische rel letjes in Belgrado en Zagreb en aan de luchtverbinding Moskou-Sofia. Ook heette het reeds, dat Rusland de beschikking verzocht over een Bulgaarsche haven in ruil voor economische concessies. Typeerend is nog Molotofs uitlating dat Turkije mogelijk in een positie zal komen te verkeeren, waarin het de wending die zijn betrekkingen met Rusland hebben genomen, zal betreuren. Ook Italië zit echter niet stil. Niettegenstaande het de vorming van een Balkanblok onder zijn leiding heeft moeten opgeven naar men wil onder door Berlijn op verzoek van Moskou uitgeoefenden drang gaat het voort met zijn pogingen, de onderlinge meeningsverschillen in Z. O.- Europa weg te nemen. Het moet daaraan worden toegeschreven, dat het volgens Molotof in het geheel niet door Rusland bedreigde Roemenië zich bereid verklaarde tot concessies aan de Hongaren in Transsylvanië al zijn hiermede niet alle Hongaren in Roemenië gebaat, het is in elk geval weder een stap in de richting van een betere verstandhouding. In verband met het vorenstaande dient nog melding te worden gemaakt van Ciano's uitlating dat Italië op het Balkanschiereiland rust wenscht, dcch niet door vorming van een nieuw blok van staten. Beteekent dit tegenover Turkije, dat in die richting al aardig op weg was, „ik niet, maar ook gij niet" Of moet men het juist uitleggen als te zijn gericht tegen Rusland Turkije schijnt overigens voorloopig wel te zullen zijn lamgeslagen door de natuurrampen, welke het bezochten. Het Kerstfeest gaf verschillenden staatshoofden en leiders alsook den Paus aanleiding tot het uitspreken van een Kerstboodschap de jaarwisseling werd eveneens daarvoor aangegrepen. Voor zoover de boodschappen afkomstig zijn

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1940 | | pagina 105