Met opzet citeeren wij dezen schrijver omdat de Engelsche rechtsgeleerde Lauterpacht, die in het bijzonder omtrent het oorlogs- en neutraliteitsrecht ter zee de typeerend Britsche radicale opvattingen huldigt, van die aanhaling in den door hem bewerkten vijfden druk (1935) slechts den laatsten volzin supprimeerde. Wordt den neutralen dus ook bij die radicale opvattingen ten aan zien van enkele verplichtingen eenige verlichting geschonken, voor de practijk koestere men daaromtrent geen al te hooge verwach tingen reeds eerder (I.M.T. nr. 4, blz. 297) vestigden wij er, o.m. onder verwijzing naar een andere uitlating van Lauterpacht, de aandacht op, dat in de practijk een beroep op de ontoereikendheid der middelen zelden of nimmer zal worden aanvaard. Niettemin vormen vorenstaande overwegingen en het eerder genoemde verschil in omstandigheden de gronden waarop het Z.O.V. meer dan het L.O.V. aan den neutralen Staat de keuze laat tusschen een zacht en een streng régime, in enkele artikelen de verplichting van de onzijdige Mogendheid uitdrukkelijk beperkt tot het aanwenden van „de middelen waarover zij beschikt" en tenslotte een groot deel dezer verplichtingen niet uitstrekt tot de territoriale wateren in him geheel, doch tot de slechts een deel daarvan uitmakende havens en reeden dan wel havens alleen. Wat het eerste punt betreft is het Z.O.V. in zooverre niet geheel vol ledig, dat men te weinig rekening heeft gehouden met toepassing van het strengste mogelijke régime. Zoo regelt bijv. art. 14, le zin snede, wel de verlenging wegens averij of gesteldheid der zee van den duur van het wettelijk verblijf aan oorlogsschepen van oorlogs voerenden in onzijdige havens, doch een bepaling omtrent verblijf wegens genoemde bijzondere omstandigheden in geval de neutrale Staat normaal geen verblijf toestaat, ontbreekt. Voor het snel verkrijgen van een inzicht in den invloed van enkele hiervoor behandelde factoren moge worden verwezen naar 9 (1) A neutral must, as far as is in his power, prevent belligerent men of war from cruising within his portion of the maritime belt for the purpose of capturing enemy vessels as soon as they leave this belt. It must, however, be specially observed that a neutral is not required to prevent this beyond his power. It is absolutely impossible to prevent such cruising under all circumstances and conditions, especially in the case of neutrals who own possessions in distant parts of the globe. How many thousands of vessels would, for instance, be necessary, if Great Britain were unconditionally obliged to prevent such, cruising in every portion of the maritime belt of all her numerous possessions scattered over all parts of the globe? u'). 117) Oppenheims opmerking dateerde van voor de samenstelling van het Z.O.V., doch daarna werd het niet anders. Zoo slaakt Vanselow na het geven van tal van voorbeelden van overtredingen van de artt. 1 en 2 in de jaren 19141918 in het slot van 245a de verzuchting „Die Beispiele zeigen, dasz der neutrale Staat an Ort und Stelle selten in der Lage ist, Neutralitats- verletzungen abzuwehren. Deshalb ist den Kriegführenden die Pflicht auferlegt, derartige Neutralitatsbrüehe zu unterlassen".

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1940 | | pagina 11