resultaten verkregen, welke nog steeds ietwat ongelooflijk aan doen. Vrijwel alle oorlogscijfers hebben betrekking op niet- tropische landen, op soldaten met een hoogere hygiënische ontwikkeling dan de onze. Het tropenklimaat stelt nog hoogere hygiënische eischen. De ziektecijfers zijn in vredestijd reeds hooger dan die in de gematigde klimaten. Uit een referaat in het I.M.T. 1935, nr. 8 (blz. 926 t/m 928) blijkt, dat het syphiliscijfer in ons leger ruim 4 maal zoo hoog is als in het Fransche. Tijdens den wereldoorlog werd dat cijfer in het Fransche leger vele malen (tot 17 maal) hooger dan in vredestijd. De uitspraak, dat hygiënische tucht bij practisch ieder militair in de eerste plaats bij de soldaten, doch ook bij de gegradu eerden en officieren nog niet de gewenschte hoogte heeft, zal wel niemand aanstoot geven. Zelfs de arts, die niet speciaal tot hygiënist is opgeleid, dient in en door de practijk zijn hygiënisch denken te ontwikkelen. Zelftucht, dus ook de hygiënische zelf tucht, is trouwens een te levend iets, dan dat met een bepaald peil genoegen kan worden genomen. Stilstand is reeds achter uitgang. Komende tot de bespreking der te nemen maatregelen ter opvoering van de hygiënische tucht, laten wij de reeds bestaande, waarbij de hygiënische zelftucht geen of geen noemenswaardige rol speelt, omdat reglementeering een dwang heeft opgelegd, buiten beschouwing. Dit zijn dus de vaccinaties en de reglemen taire eischen, welke gesteld worden aan ligging, voeding, kleeding, faecaliën-afvoer, drinkwatervoorziening, hygiëne der kantonne- menten enz. De daarmee bereikte resultaten zijn reeds groot. Doch nog te veel ziekten en ziektedagen zijn het gevolg van onvol doende zelftucht. Als zulks reeds het geval is in vredestijd, zal het nog ernstiger zijn in oorlogstijd. (Slot volgt). 54

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1940 | | pagina 56